Sfeervol Frans op fluit en piano

Het label “Nimbus” gaf een heel mooie cd uit met sfeervolle, Franse muziek voor fluit en piano. De emotionele diversiteit wordt er opgevangen in kleurschakeringen.

Ravel, Pierné, Roussel en Fauré componeerden zoals Manet, Renoir en Monet schilderden. Hun sonoor palet was het equivalent van het impressionistisch kleurenpalet. Geen excessen maar enkel overgangen en nuances, badend in transparant licht en zacht coloriet. Figuratie vonden ze in de oude modi en in uitheemse melodievorming. Fluit en viool gingen hand in hand. De solopartijen werden op beide instrumenten gespeeld. De fijngevoeligheid van Proust en Maupassant kreeg sonoor gestalte in dromerige, muzikale belle époque en fin-de-siècle kunst, “ lent et avec indolence”.

Op de cd staan de onbekende maar heerlijk mooie “Vocalise-étude en forme de Habanera” uit 1907 en een “Mouvement de sonate” van Maurice Ravel, de “Canzonetta” op. 19 (oorspronkelijk voor klarinet) uit 1887 en de Sonate op. 36 (eigenl. Vioolsonate) uit 1900 van Gabriel Pierné, “Joueurs de flûte” op. 27 (“Pan”, “Tityre”, “Krishna” en “Mr de la Péjaudie”) op. 27 uit 1924 van Albert Roussel, en de “Berceuse” (oorspronkelijk voor viool) op. 16 en de “Fantaisie”, gecomponeerd voor fluit en piano op. 79 van Gabriel Fauré.

De vier delen van “Joueurs de flûte” van Albert Roussel, die samen een sonatine vormen, zijn genoemd naar fluitisten uit de literatuurgeschiedenis, en zijn opgedragen aan vooraanstaande fluitisten uit Roussels tijd. De première was in het Théâtre du Vieux-Colombier door Louis Fleury en Jacques Weill in januari 1925.

“Pan” is genoemd naar Pan de half-geit, half-mannelijke natuurgod uit de Griekse mythologie, die vaak wordt afgebeeld met zijn fluit. De panfluit kwam zo aan zijn naam. Het stuk staat in de Dorische modus met verlaagde tertsen en septiem, zoals gebruikt in het oude Griekenland. “Pan” is opgedragen aan de beroemde fluitist Marcel Moyse.

“Tityre”, genaamd naar de fortuinlijke herder in Vergilius’ Bucolica, vervult binnen de vier delen de rol van een scherzo. “Tityre” werd opgedragen aan Gaston Blanquart (1877-1963), fluitist en docent aan het Conservatorium van Parijs.

In “Krishna”, genoemd naar de Hindoeïstische god Krishna, refereert Roussel aan de periode in Krishna’s jeugd als de goddelijke veehoeder, waarbij hij fluit speelde en mensen en dieren betoverde. Roussel maakt in dit deel gebruik van een typisch Noord-Indiase toonsoort met een verlaagde secunde en sext, verhoogde kwart, reine kwint, en grote terts en septiem uit die regio. Roussel bezocht die regio in 1909. “Krishna” werd opgedragen aan Louis Fleury, aan wie Debussy zijn “ Syrinx” opdroeg.

“Monsieur de la Péjaudie” is genoemd naar de hoofdrolspeler uit een roman van Henri de Régnier, “La Pécheresse” (De zondares). M. de la Péjaudie is een fantastisch fluitist maar is meer geïnteresseerd in het bespelen van vrouwen dan de fluit. Roussel had al gedichten van de Régnier op muziek gezet (“Quatre poèmes” op. 3 en op. 8 en “La menace”). Dit laatste deel werd opgedragen aan Philippe Gaubert, fluitist, dirigent en componist.

Ransom Wilson is één van de grootste fluitisten van zijn generatie. Hij is ook dirigent. Na de Juilliard School in 1973, ging hij in Parijs bij Jean-Pierre Rampal studeren. Als solist speelde hij met het Chicago Symphony, Philadelphia Orchestra, San Francisco Symphony, London Symphony, Frederica von Stade, Jessye Norman, Thomas Hampson, Susan Graha m, Dolora Zajick, Nadja Salerno-Sonnenberg, Hilary Hahn, Jean-Pierre Rampal en Sir James Galway.

Pianist François Dumont won tal van prijzen op de meest prestigieuze internationale wedstrijden: de Koningin Elisabeth wedstrijd (Brussel), de Chopin wedstrijd (Warschau), de Cleveland International Competition in de Verenigde Staten en de Clara Haskil competitie in Zwitserland. In 2012 kreeg hij de prijs “Révélation de la Critique Musicale française”. François Dumont, geboren in 1985 in Lyon, werkte samen met Pascale Imbert, Chrystel Saussac en Hervé Billaut voordat hij op 14-jarige leeftijd in het Conservatoire National in Parijs, in de klas van Bruno Rigutto werd toegelaten. Met Virginie Constant en Philippe Aïche vormt hij het “Trio Elégiaque”. Een bijzonder mooie cd. Warm aanbevolen.

In the Age of Ravel Ransom Wilson François Dumont cd Nimbus Alliance NI6344