“Bartók & Baroque”, Bartók, Scarlatti, François Couperin en Johann Sebastian Bach door Helga Váradi op klavecimbel. Buitengewoon!

In navolging van Huguette Dreyfus nam de Hongaarse klaveciniste Helga Váradi, stukken uit Bartóks Mikrokosmos op klavecimbel op, maar nu gecombineerd met 18deeeuwse klaviermuziek. Meer dan geslaagd!

“Ik herinner mij, vertelt de zoon van Bela Bartók, dat mijn vader me als jongen meenam naar een familielid in Boedapest, Elizabeth Láng, om me een klavecimbel te tonen. Zowel mijn vader als ik waren geïntrigeerd door het instrument, vooral door het vermogen om de twee toetsenborden te koppelen. Later schreef hij in zijn voorwoord tot “Mikrokosmos”, dat tien van zijn pianostukken ook geschikt waren om op klavecimbel te spelen”.

Bartók bestudeerde in de jaren ’20 de compositietechnieken van de Duitse, Franse en Italiaanse meesters van de barok. De twee volumes met arrangementen voor piano, gedrukt in 1921 en 1924 door de Rozsnyai-uitgeverij in Boedapest, getuigden daarvan. Bovendien waren de sonates van Domenico Scarlatti tussen 1911 en 1931 bijzonder gewaardeerde onderdelen van zijn concertprogramma’s. De sonate in E (K 162) uit de Rozsnyai-editie staat op deze cd als voorbeeld.

Het werk van barokcomponisten als Bach, Couperin (foto’s) en Scarlatti vormen de hoeksteen van deze cd met wederzijdse verwijzingen tussen hun wereld en deze van Bartók. Bepaalde composities uit de zes boeken “Mikrokosmos” (1926-1939), de Bourrée en de hulde (Hommage) aan J.S.B, verwezen er naar en de chromatische Inventie uit boek 5 en de hulde aan Bach uit boek 3, verwezen zelfs rechtstreeks naar Bachs gelijkaardige prelude in c (BWV 847). De formeel compacte miniaturen van Bartóks “Mikrokosmos”, weerspiegelden weliswaar nog meer invloeden. Sterker nog, de traditionele Hongaarse muziek, Bulgaarse ritmes (cfr de hier uitgevoerde drie “Dansen in Bulgaarse ritmen” uit Boek 6), polyfonie en humoristische gegevens (bvb. “Hanswurst” uit Boek 5), vormden een synthese die Helga Váradi op klavecimbel in al zijn plasticiteit en ritmiek, perfect genuanceerd uitvoert. Andere werken op de cd, zijn de guitige en frivole programmastukken uit de “Pièces de Clavecin, 3e Livre, 18e Ordre” van François Couperin, en de Sonate in E, Kk. 162 (Andante-Allegro) van Domenico Scarlatti (foto).

De Hongaarse klaveciniste Helga Váradi begon al vroeg met muziek. Na pianolessen in Boedapest en het mooie Szentendre, aan de rechteroever van de Donau, begon ze op 13-jarige klavecimbel te spelen in Szentendre. Haar hoogstaande muzikale ontwikkeling was te danken aan leraren als Gabriella Karsai (piano), Angelika Csizmadia (klavecimbel), Ágnes Z. Lakos (piano), Tamás Zászkaliczky (orgel), Gordon C. Murray (klavecimbel), Jörg-Andreas Bötticher (klavecimbel), Wolfgang Zerer (orgel) en Lorenzo Ghielmi (orgel). 

Sedert januari 2015 is Helga Váradi (foto) titularis organiste van de protestantse tempel in Zollikon aan het meer van Zürich. Naast haar betrokkenheid als organiste en klaveciniste, is ze medewerkster van de onderzoeksafdeling van de “Zürcher Hochschule der Künste”, waar ze, met betrekking tot “De muziekgeschiedenis van de stad Zürich in de 20ste eeuw”, documentatie verzamelt over het leven van de violiste Stefi Geyer, en haar relatie tot Béla Bartók.

Om de ontmoeting tussen de gekozen stukken uit de boeken 3,4, 5 en 6 uit Bartóks “Mikrokosmos”, en de barokstijl te optimaliseren, werd de opname gerealiseerd op twee verschillende instrumenten. Het historisch Ruckers-klavecimbel maakte de interpretatie van de barokmuziek mogelijk, terwijl de Mikrokosmos-stukken werden uitgevoerd op een klavecimbel met twee klavieren uit 2014, uit het atelier van Martin Vyhnálek. Deze laatste biedt een groter volume en de stemming van 392 Hz werd behouden in overeenstemming met die van het klavecimbel van Ruckers. Een buitengewoon originele, verrijkende en verruimende opname. Buitengewoon!

Bartók & Baroque Helga Váradi cd Claves Records CD 1807