Concerti voor blokfluit en hobo van Robert Woodcock door het Ensemble Odyssee, op het label Pan Classics. Nieuw en fris. Een heuse ontdekking!

Robert Woodcock (1690-1728) was een Engelse schilder, musicus en componist die de vroegst bekende fluitconcerti en de vroegst bekend, Engelse hoboconcerti componeerde. Op deze nieuwe cd presenteert het “Ensemble Odyssee”,  blokfluit- en hoboconcerti van Woodcock, samen met een Concerto en een Sonate van Charles Dieupart en het Blokfluitconcerto in F van Sammartini. Solisten zijn Anna Stegmann (blokfluit) en Georg Fritz (hobo).

Robert Woodcock was geen professionele musicus. Hij was een schilder en schepen waren zijn favoriete onderwerpen. Veel daarvan worden nu tentoongesteld in National Maritime Museum in Greenwich en getuigen van zijn vaardigheden. Hij leefde dus niet van muziek, maar hij speelde hobo en in 1727 publiceerde hij een verzameling van twaalf concerti. In de jaren 1720 werd het publiek in Londen gebiologeerd door het nieuw geïmporteerde Italiaanse concerto en door de virtuositeit van de verschillende blazers die op de Engelse podia op verschillende instrumenten speelden. Woodcock, die zijn muziek componeerde voor een sopraanblokfluit in D (Sixth Flute), hobo en traverso met strijkersbegeleiding, componeerde een deel van de muziek die door die virtuozen werd gespeeld. Hij was een tijdgenoot van Händel en het is niet toevallig dat een van zijn werken voor lange tijd werd toegeschreven aan Händel.

Volgens een eigentijds verslag werkte Woodcock eerst als ambtenaar voor de regering. Hij legde zijn regeringspost weliswaar rond 1723 neer om een professionele kunstenaar te worden. Later in zijn leven leed hij aan acute jicht, die uiteindelijk de doodsoorzaak was, op 38-jarige leeftijd op 10 april 1728. Hij werd begraven in de Old Church in Chelsea.

Woodcock was een marineschilder, gespecialiseerd in het schilderen van schepen op zee. Zijn stijl werd sterk beïnvloed door de Nederlandse schilder Willem van de Velde de Jongere, van wie hij de werken ijverig kopieerde. Hij was daarnaast ook een ervaren musicus en componist, die hobo, blokfluit en fluit speelde. Hij was misschien wel het meest bekwaam op de fluit, want hij werd in 1776, bijna 50 jaar na zijn overlijden, nog door John Hawkins “een beroemde uitvoerder op de fluit” genoemd.

De graveur George Vertue (foto) noemde Woodcock in 1725 een geniale liefhebber (“gentleman lover”) van schilderkunst en muziek, en een professor. Vertue beschreef vervolgens de muzikale talenten van Woodcock met de woorden, “Hij was zeer behendig in muziek, had een oordeel en speelde op een meesterlijke manier hautboy. Er waren veel stukken, sommige gepubliceerd, en veel goedgekeurd door bekwame meesters in die wetenschap.”

De enige nog bestaande composities van Woodcock zijn een reeks van twaalf concerti (3 voor fluit, 3 voor blokfluit en 3 voor hobo), uitgegeven rond 1727 door Walsh en Hare in Londen. De concerti werden oorspronkelijk gepubliceerd onder de titel “XII Concertos in Eight Parts”. De drie fluitconcerti in deze set zijn de vroegst bekende die voor dat instrument zijn uitgegeven, en de drie hoboconcerti waren de eerste gecomponeerd door een Engelse componist. Vivaldi publiceerde zijn fluitconcerti op. 10 kort daarna, rond 1728, en de vroegste hoboconcerti werden gepubliceerd door de Italiaanse componist Albinoni in 1715.

De vroegst bekende vermelding van deze werken dateert uit 1722, toen een theaterreclame aankondigde dat “een nieuw concerto, gecomponeerd door Mr. Woodcock” zou worden uitgevoerd door blokfluitspeler John Baston op 14 maart van dat jaar. Deze uitvoering is opmerkelijk omdat het laat zien dat ten minste één van de blokfluitconcerti, eerder werd gecomponeerd dan de publicatiedatum. Er is overigens nog meer bewijs van uitvoeringen van Woodcocks concerti tussen de 1720 en 1750, wat suggereert dat zijn werken al snel onderdeel waren geworden van het standaardrepertoire voor blazers in het Engeland van die tijd.

Er was enige tijd controverse over de vraag of Woodcock deze twaalf concerti wel of niet had gecomponeerd. In 1954 schreef Brian Priestman ze toe aan Jean-Baptiste Loeillet in Londen en wanneer enkele van die concerti in 1935 werden gepubliceerd, werden ze toegeschreven aan Händel. Recentere wetenschap ondersteunt weliswaar het auteurschap van Robert Woodcock. Een heuse ontdekking van schitterende, schitterend gespeeld. Warm aanbevolen.

Robert Woodcock Concertos for Recorder & Oboe Anna Stegmann Georg Fritz Ensemble Odyssee cd Pan Classics PC10386