Cathérine Verleysen over “Maurice Denis et la Belgique, 1890-1930”, een heel bijzondere uitgave van Leuven University Press.

Dit heel bijzonder en rijk geïllustreerd boek analyseert de artistieke relatie die de bijzondere schilder en theoreticus, Maurice Denis (1870-1943) had met het religieus en symbolistisch België.

Maurice Denis was als symbolist één van de oprichters van de groep “Les Nabis” (profeten), een groep van post impressionistische, Franse kunstschilders in Parijs en Bretagne, met o.a. Pierre Bonnard, Édouard Vuillard, Felix Vallotton en Paul Sérusier. Hun stijl was het cloisonnisme of synthetisme, grote heldere kleurvlakken, gescheiden door donkere contourlijnen, geïnspireerd door eenvoudige volkskunst. Hun voorbeeld was “Le Christ jaune” uit 1889 van Paul Gauguin.

België stelde Maurice Denis in staat om op harmonieuze wijze de twee centrale waarden van zijn kunst uit te drukken, namelijk zijn moderne smaak voor formalisme, en zijn spirituele reflectie vanuit christelijke inspiratie. Denis illustreerde de historische evolutie van de Belgische Kerk in de moderne tijd, een kerk die voor het eerst door de moderniteit werd verleid tot nieuwe, christelijke kunst. “À lui seul, Denis illustre l’évolution historique de l’Église belge sur la manière dont la religion catholique envisage et appréhende la création artistique au sein de l’époque moderne, une Église d’abord tentée par la modernité comme langage d’un nouvel art chrétien, puis, finalement, repliée sur ces valeurs en doute, voire en rejet de toute expression contemporaine”, zo lezen we.

“Du point de vue du créateur d’abord”, vervolgt de auteur, “puisque, à travers l’évolution de sa participation aux salons belges, le Cercle des Vingt, La Libre Esthétique puis les cénacles catholiques, on s’aperçoit que ce qui intéresse Denis dans le contexte culturel belge, c’est la possibilité de faire valoir en même temps les deux paradigmes majeurs de son oeuvre, l’inspiration chrétienne et la modernité, mais aussi du point de vue de la religion catholique et plus particulièrement de la manière dont celle-ci envisage la création artistique au sein de l’époque moderne”.

Op de kaft van het boek staat het ontwerp van Denis voor de frontispice van muziek, ‘Princesse Maleine’s Menuet’. De partituur werd gecomponeerd door Pierre Hermant die ook lid was van Les Nabis, en was gebaseerd op het toneelstuk “La Princesse Maleine” van Maurice Maeterlinck, naar “Jonkvrouw Maleen”, een sprookje van de gebroeders Grimm. “Maleine” is een tragisch verhaal over verijdelde liefde, waarin de prinses wordt gedood en waarin haar geliefde prins Hjalmar, woedend door haar dood, zichzelf van het leven beneemt. Het schilderij toont Marthe Meurier, de verloofde van Denis, in een staat van contemplatie, met haar slanke handen rustend op de piano. Het is één van de vroegste portretten van Marthe geschilderd door Denis, maar Marthe zou een constante bron van inspiratie blijven voor de kunstenaar, ook na haar overlijden.

In 1893 trouwde Denis met Marthe Meurier en in 1914 kocht hij “Le prieuré” in Saint-Germain-en-Laye (foto), waar ze gingen wonen. Zijn vrouw, die hem zeven kinderen schonk, overleed in 1919. Denis overleed 24 jaar later, vlak voor zijn 73ste verjaardag. “Le prieuré” is tegenwoordig een prachtig museum dat aan Denis en zijn tijdgenoten is gewijd.

“Princesse Maleine” was een favoriet van zowel Denis als van Marthe. De centrale thema’s van het lot en de triomf van liefde over de dood waren aantrekkelijk voor de jonge geliefden. Daarenboven was muziek significant voor het paar, en  overeenkomstig de wens van de Nabis om alle kunsten te integreren, verenigde de aanwezigheid van de partituur literatuur, muziek en schilderkunst.

Het boek bestaat uit twee delen. In het eerste deel wordt Denis in het algemeen maar gedetailleerd als kunstenaar voorgesteld. In het tweede deel gaat het meer specifiek over de religieuze kunst en zijn contacten in België. We lezen o.m. over Maurice Denis, de Nabi met prachtige iconen; de mystieke en suggestieve wereld van Maurice Maeterlinck, een getransponeerde blik,  een afbeelding voor Georges Rodenbach, over Paul Verlaine en Sagesse,  Maurice Denis, als een nieuwe medewerker van de Cercle des Vingt en een rechtstreekse erfgenaam van Puvis de Chavannes, bij de Libre Esthétique.

In het tweede deel leest u o.a. over de internationale tentoonstelling van moderne christelijke kunst in Parijs in 1911, de internationale tentoonstelling van moderne religieuze kunst in Brussel in 1912, de moderne religieuze kunst van Dom Bruno Destrée (broer van Jules en kenner van de prerafaëlieten), Durendal, Revue Catholique d’Art et de Littérature, 1894-1914, Les Ateliers d’Art sacré (in 1919 opgericht door Maurice Denis en Georges Desvallières, onder invloed van de Société de Saint-Jean pour le développement de l’art chrétien), en over “Een leerling van Maurice Denis, Joseph Lacasse”. Een prachtboek. Warm aanbevolen.

Cathérine Verleysen heeft een doctoraat in de kunstgeschiedenis van de Universiteit van Parijs-Sorbonne (Parijs IV) en is conservator het Museum voor Schone Kunsten in Gent.

Cathérine Verleysen Maurice Denis et la Belgique, 1890-1930 geïllustreerd 175 bladz. Frans Uitg. Universitaire Pers Leuven/KADOC-Artes 11 ISBN 9789058678089