Na zijn succesvolle cd, “Tesori d’Italia”, is er nu zijn nieuwe cd, “Longing for Paradise”, uitgevoerd met de Bamberger Symphoniker. Het thema is de muzikale verwerking van oorlog en het verlangen naar het paradijs in een wereld die in chaos wegzinkt. Wanneer de wereld dreigt af te dalen in chaos, groeit het verlangen naar het paradijs. Keer op keer hebben componisten dit ingeroepen en op verschillende manieren op muziek gezet. Nu heeft de internationaal befaamde hoboïst, Albrecht Mayer, de krachten gebundeld met de Bamberger Symphoniker en Jakub Hrůša om een aantal van deze creaties te presenteren op zijn nieuwe cd, “Longing for Paradise”.

Richard Strauss componeerde immers in 1946, kort na het einde van de Tweede Wereldoorlog, zijn enige hobo concerto, een van de meest innemendste maar ook meest uitdagende werken van de hele hobo literatuur, en lijkt alles wat erin staat gebrul van de wereld te vergeten; het is, zoals Mayer vertelt, een stuk vol met schoonheid en misschien een idee van het paradijs. Het programma wordt aangevuld met Edward Elgars “Soliloquy”, een deel van een fragment uit de Suite voor hobo en orkest. Deze enige overgebleven beweging van een fragmentarische suite voor hobo en orkest, werd voltooid en gepresenteerd aan het publiek in 1967. Mayer koos ook voor een bewerking van Ravels beroemde “Le Tombeau de Couperin” voor hobo en orkest.

Net zoals Richard Strauss artistieke antwoorden op zijn ervaringen na de Tweede Wereldoorlog zocht, worstelde Maurice Ravel om oplossingen te vinden in het midden van de Grote Oorlog. Oorspronkelijk gecomponeerd voor piano, werd “Le Tombeau de Couperin” georkestreerd door de componist in 1919. Het is een ‘zeer morbide stuk’, benadrukt Albrecht Mayer: “Elke beweging is opgedragen aan een kameraad die in de oorlog is gevallen. We hebben dus te maken met zeer persoonlijke muziek, ingebed in barokke vormen”. Daarnaast koos hij ook voor een onbekend meesterwerk van Eugène Goossens. Het hoboconcerto van Eugène Goossens (foto) uit 1927 is een echte trouvaille. Hij componeerde het op verzoek van zijn broer Léon, één van de bekende hoboïsten van de 20ste eeuw.

Sir Eugene Goossens (1893-1962) werd geboren in Londen, als de zoon van de dirigent en violist Eugène Goossens. Hij studeerde in Brugge en Liverpool, en in Londen aan het Royal College of Music onder Charles Villiers Stanford. Hij was violist in het Queen’s Hall Orchestra van 1912 tot 1915, voor hij opviel als dirigent met een uitvoering van Stanfords opera “The Critic” (1916). In 1921 gaf hij de Britse concertpremière van Igor Stravinsky’s “Le Sacre du printemps”. Van 1923 tot 1931 was hij dirigent van het Rochester Philharmonic Orchestra en van 1931 tot 1946 was hij dirigent van het Cincinnati Symphony Orchestra. Van 1947 tot 1956 werkte hij in Australië, o.a. met het Sydney Symphony Orchestra, en was directeur van het NSW State Conservatorium of Music.

Het Concerto voor hobo en strijkers van Vaughan Williams werd bv. gecomponeerd in 1943-44 voor de hoboïst Léon Goossens (foto), aan wie het Concerto is opgedragen. Vaughan Williams begon aan het hoboconcerto in 1943, onmiddellijk na het voltooien van de vijfde symfonie, waarmee het veel gemeen heeft. Het concerto zou op 5 juli 1944 in première gaan tijdens een Proms-concert, maar vanwege de dreiging van V1-raketaanvallen op Londen, werd het Proms-seizoen ingeperkt. Het stuk werd in plaats daarvan voor het eerst gespeeld in Liverpool, in september 1944, op een concert van de Liverpool Philharmonic, onder leiding van Malcolm Sargent, waarbij ook het hoboconcerto van de broer van de solist, Eugène Goossens, gespeeld werd.

Het programma van deze prachtige cd werd gepresenteerd op 28 mei 2019 in de Elbe Philharmonic Hall in Hamburg, en op 29 mei 2019 als onderdeel van de Yellow Lounge serie met de grandioze Bamberger Symphoniker. Ook met deze cd toont Mayer (°1965), de fantastische, eerste hoboïst uit Erlangen van de Berliner Philharmoniker,  eens te meer zijn onvoorstelbare techniek en zijn flair voor geavanceerde, thematische programma’s. Albrecht Mayer wordt begeleid door de Bamberger Symphoniker o.l.v. de knappe, Tsjechische dirigent, Jakub Hrůša (°1981), de chef dirigent van het orkest sinds september 2016. Bravo!

Albrecht Mayer Longing for Paradise Richard Strauss Oboe Concerto Elgar Ravel Goossens Bamberger Symphoniker Jakub Hrůša cd Deutsche Grammophon 483 6622