“Les Plaisirs du Louvre, Airs pour la Chambre de Louis XIII”, door het Ensemble Correspondances o.l.v. Sébastien Daucé, op het label harmonia mundi. De cd verschijnt op 20 maart.

Vóór de weelderige, muzikale pracht die in de schaduw van de Zonnekoning zou ontstaan, bevatte de muziek in het Frans koninkrijk, een rijk gamma aan delicate miniaturen die het Ensemble Correspondances, u vandaag  opnieuw laat ontdekken. Vóór Versailles was het Louvre paleis in het Koninkrijk Frankrijk, hét epicentrum van de macht. Het was een echt ceremonieel theater, waar muziek door zijn pracht en praal, indruk maakte. Tijdens het bewind van Louis XIII schaarde zich rond genres als het air de cour en het ballet, de elite onder de componisten van de “style de cour”, o.a. Moulinié, Guédron en Chancy. De beroemdste onder hen, Boësset, leidde het polyfoon Air de cour, geërfd van de Renaissance, o.a. door contrafacten, naar een meer intiem, solistisch genre.

Het Ensemble Correspondances o.l.v. Sébastien Daucé, koos Airs en instrumentale muziek (28 composities samen!) van Antoine Boësset (1586-1643), Pierre Guédron (1570-1620), Jacques Champion de Chambonnières, (1602-1672), François de Chancy (1600-1656), Louis Couperin (ca.1626-1661), Etienne Moulinié (1600-1669), en van de koning zelf. De vocale uitvoerders zijn Élodie Fonnard, Caroline Bardot en Caroline Weynants (Dessus), Lucile Richardot (Bas-dessus), David Tricou (Haute-contre), Marc Mauillon en Davy Cornillot (Tailles), en Etienne Bazola en Nicolas Brooymans (Basses). Gamba’s, fluit, theorbe, barokgitaar, luiten, orgel en klavecimbel (Sébastien Daucé), staan in voor de instrumentale kleuren. Prachtig!

Naast de bekende namen, Jacques Champion de Chambonnières en Louis Couperin, ontdekt u op deze heel stijlvolle cd, muziek van  de veel minder bekende tot onbekende Boësset, Guéron, de Chancy en Moulinié. Naast hen, ontdekt u daarenboven ook Louis Constantin, een violist, eigenl. een “joueur de violon ordinaire de la chambre du Roi”, die bewerkingen maakte van anonieme “ballet” composities.

Louis Constantin (ca. 1585-1657) was nl. lid van de beroemde “Vingt-Quatre Violons du Roi” ten tijde van Louis XIII. In 1624 werd hij verkozen tot “roi des violons”, in opvolging van François Richomme.  Ook zijn zoon, Jean Constantin, was lid van het ensemble en Louis Constantin was tevens lid van het Parijs instrumentaal ensemble,  de confrérie “Saint-Julien”. In 1655 droeg Louis Constantin zijn positie als lid van de “Vingt-Quatre Violons du Roi”, over aan zijn neef, Antoine Desnoyers. De begrafenis van de geëerde Louis Constantin vond plaats in de Saint-Sulpice kerk in Parijs in oktober 1657.

Antoine Boësset, sieur de Villedieu, was de “surintendant de la musique de la Chambre du roi” en een componist van wereldlijke muziek, met name van “airs de cour”. Hij en zijn schoonvader, Pierre Guédron (foto), domineerden ten tijde van Lodewijk XIII, het muzikaal leven aan het hof gedurende de eerste helft van de 17de eeuw. Zijn zoon Jean-Baptiste de Boesset, sieur de Dehault, componeerde daarentegen religieuze muziek. Geboren in Blois, werd Antoine Boësset in 1613 leraar van de kinderen in het muzikaal huishouden van de “Chambre du roi”. Hij werd in 1617 muziekmeester van de koningin, drie jaar later secretaris van de “Chambre du roi”, en tenslotte in 1623, “surintendant van de Chambre du roi”. 

Als “surintendant” volgde hij Guédron op (de surintendant onder Hendrik IV en Louis XIII), met wiens dochter hij in 1613 trouwde. Guédron was als “compositeur de la Chambre du roi” (opvolger van Claude Le Jeune), o.a. de in zijn tijd zeer gewaardeerde componist van de toen bekende Airs de cour, “Cessés mortels de soupirer” en “Est-ce Mars”. Sweelinck en Scheidt bewerkten dit laatste respectievelijk voor klavier en voor gamba’s. Guédron componeerde o.a. wel zes boeken met “Airs de cour polyphoniques”, “Airs de cour à une voix” en, samen met Boësset, “Odes chrétiennes accommodées aux plus beaux airs à 4 et 5 parties”. Een deel van zijn Airs de cour polyphoniques  werden gecomponeerd als onderdeel van ballets de cour

In 1632 werd Boësset ”conseiller” en “maître d’hôtel ordinaire du roi” en bekleedde al deze functies gelijktijdig tot aan zijn overlijden. Als  “maître d’hôtel”  stond hij in voor het “service de bouche et de la domesticité”. Aan het hof leerde hij Descartes, Mersenne en Huygens kennen. Rond 1640 organiseerde Mersenne een bekend geworden wedstrijd tussen Boësset en de Nederlandse katholieke priester, componist en muziektheoreticus, Joan Albert Ban om Germain Haberts gedicht “Me veux-tu voir mourir” op muziek te zetten. Ban wijdde zich zich aan de ontwikkeling van een systeem waarin de tekst muzikaal wordt uitgedrukt door middel van specifieke intervallen, harmonieën en ritmes. Deze ’methode’ sloot aan bij de Italiaanse madrigalen van die tijd. Ban gebruikte voor zijn madrigalen teksten van leden van de Muiderkring, letterkundigen en geleerden die regelmatig zouden zijn samengekomen voor literaire en muzikale avonden op het Slot Muiden in Noord-Holland, in de periode dat gastheer P.C. Hooft de functie van Drost van Muiden bekleedde en er woonde. Ban noemde zijn systeem “musica flexamina” of “zielroerende zang”. Boësset was op zijn beurt één van de voorlopers van de basso continuo in Frankrijk.

Ook François de Chancy was als zanger, luitspeler en componist, actief aan het Hof. Hij componeerde ballets de cour, twee boeken “Airs de cour à 4 parties” (1635, 1644), Tablature de mandore (1629), opgedragen aan kardinaal Richelieu, en “Tablature de luth de différents auteurs sur des accords nouveaux”, (1631). Ook hij was “Præfectus Musicæ Regiæ” nl. “maître des enfants de la Chambre du roi”, een functie die hij in 1643 overdroeg aan Jean de Cambefort, “ordinaire de la musique” van kardinaal Mazarin. François de Chancy noemde zich “maitre de la musique de la Chambre du roi”, maar in werkelijkheid was hij “maître des enfants”. De eigenlijke surintendant was toen Paul Auget.

Étienne Moulinié was samen met Pierre Guédron, Antoine Boësset, Guillaume Bouzignac, Henry Du Mont en Pierre Robert, een belangrijke figuur in de Franse barokmuziek voor Jean-Baptiste Lully. Hij componeerde voornamelijk wereldlijke muziek naar de mode van zijn tijd, airs de cour, airs à boire en airs de ballet. Na in dienst gewerkt te hebben van Christophe de Lestang, bisschop van Carcassonne, werd hij “maître de la musique de Monsieur”, Gaston d’Orléans, de broer van de koning. De dichter, Jean Loret, die tot het entourage behoorde van Madeleine de Scudéry in haar salon van het hôtel de Rambouillet, en van de “surintendant des finances” en “procureur général au parlement de Paris”, Nicolas Fouquet, schreef:

“Le renommé sieur Moulinié,

Assisté de maint chantre habile

Tant du Louvre que de la ville

Firent, avec leurs rares chants,

Des concerts si beaux, si touchants

Qu’on ouït jamais rien de tel.”

Op de cd ontdekt u o.a.

-Boësset: Ballet des Nymphes bocagères de la forêt sacrée

“Reine que je sers et que je connais” (Concert de Diane et ses Nymphes)

“Bien loin profanes de ces lieux” (Concert des Nymphes des Bois)

-Boësset: Je perds le repos et les sens

-anon.: La Dépouille d’Égypte: “Cesse mortel d’importuner” (Juste mespris de saincte Agnez)

-Boësset: Ballet des Voleurs: “Astres pleins de malheurs” (Récit de la Nuit)

-Moulinié: Ballet du Mariage de Pierre de Provence et de la belle Maguelonne: “Rompez les charmes du sommeil” (Air de la Ridicule)

-Anoniem/Louis Constantin: Ballet des Triomphes : Les Suisses, Les Suissesses

-Boësset: Monarque triomphant (Au Roy)

-Louis XIII: Ballet de la Merlaison: Les Gascons

-Anoniem/Louis Constantin: Ballet de la Merlaison: M. de Liancourt

-Anoniem/Louis Constantin: Ballet de l’Improviste: Vallets de la Faiste

In het bijbehorend boekje leest u uitvoerige achtergrondinformatie van Thomas Leconte, en kan u alle teksten van de Airs volgen. Uitermate professioneel uitgegeven is dit een programma en een uitvoering met een kwaliteit van de bovenste plank. Dit is Top!

Les Plaisirs du Louvre – Airs pour la Chambre de Louis XIII Ensemble Correspondances Sébastien Daucé cd harmonia mundi HMM905320