Hoewel Marin Marais het meest bekend is om zijn werken voor viola da gamba, componeerde hij ook voor fluit/traverso. Pas onlangs ontdekte Michael Lynn enkele manuscripten met werken voor fluit en basso continuo en duetten, die de aandacht trokken van François Lazarevitch en Les Musiciens de Saint-Julien, die nu de eerste opnames van deze fijne werken presenteren.
“Dit nieuw terrein ging niet meteen voor me open, maar pas na meer dan een jaar verkennen… Wat fascinerend is, is dat deze stukken van Marais niet te vergelijken zijn met iets wat al bekend was in het fluitrepertoire. De fluit was toen, rond 1700, nog een heel jong instrument”, zo vertelt de fluitist. François Lazarevitch heeft zijn vaste partners Éric Bellocq (luit) en Lucile Boulanger (viola da gamba) meegebracht om hem te begeleiden, die ook “Les Voix humaines” spelen, een van de meesterwerken gecomponeerd voor traverso.
De Franse gambaspeler, Marin Marais (foto) werkte het grootste deel van zijn leven aan het hof in Versailles en componeerde hoofdzakelijk voor zijn instrument, de viola da gamba (viole), en basso continuo. Hij begon zijn loopbaan als zanger in het koor van de Saint-Chapelle en leerde gamba spelen bij Nicolas Hotman en Monsieur de Sainte-Colombe. Hij bekwaamde zich verder bij Lully en speelde in het orkest van de Académie Royale de Musique, dat onder leiding stond van Lully.
In 1676 kwam hij als musicus in dienst van het koninklijk hof, werd drie jaar later ‘Ordinaire de la chambre du roy pour la viole’, en in 1685 volgde zijn benoeming tot solist. Tot 1715 diende hij onder de Zonnekoning en tot 1725 onder Louis XV. Marin Marais componeerde tussen 1686 en 1725, vijf boeken, getiteld “Pièces de Violes”, een verzameling van wel meer dan 550 stukken, de meeste voor zijn eigen instrument. Tussen 1680 en 1728, bracht Marin Marais, het pièce de viole naar het toppunt van perfectie. Hij was een gedreven leraar, was ook de uitgever van zijn eigen muziek en bedacht speciale tekens om bepaalde ornamenten voor het spel op de gamba aan te duiden.
Marain Marais componeerde bv. zijn “Pièces en trios pour les flûtes, violons et dessus de viole avec la basse continue” (1692) niet voor zichzelf, maar eerder voor zijn collega’s, de musici van de “Chambre du Roi”. Marais baande met deze trio’s, de weg naar een nieuw instrumentaal genre in Frankrijk. Samen met Lully was Marin Marais één van de eersten in Frankrijk die stukken voor een trio van twee dessus en een bas heeft gecomponeerd. Als Ordinaire de la Chambre du Roy pour la viole sinds 1679, publiceerde hij in 1692 deze “Pièces en trio” voor fluiten, violen en dessus de viole. De stukken die werden gegroepeerd naar aan elkaar gerelateerde toonaarden (C groot, g klein, D groot, Bes groot, e klein, c klein), waren niet echt typisch Franse suites (er zijn geen allemandes of courantes), maar waren eerder opeenvolgingen van dansen beoefend aan het hof, (sarabandes, gigues, gavottes en menuetten), die beginnen met een prélude en vaak eindigen met een vrijer en meer ontwikkelde vorm zoals chaconne, passacaille, simphonie of plainte. Het model van Marin Marais waren Lully’s balletten, die vaak passages in trio bevatten.
De Franse fluitist en doedelzakspeler, François Lazarevitch (foto), heeft zijn interesses uitgebreid met traditionele muziek uit het Europees verleden en zijn interacties met barokmuziek. Hij is artistiek leider en leider van het ensemble Les Musiciens de Saint-Julien, dat hij in 2005 oprichtte. Op zijn zestiende ontmoette Lazarevitch Antoine Geoffroy-Dechaume (1905-2000), de bekende organist en klavecinist en pionier op het gebied van historische uitvoeringen in Frankrijk. Hij ging studeren aan conservatoria in Toulouse, Versailles, Brussel en Parijs.
Onder zijn leraren waren Barthold Kuijken, Daniel Brebbia en Jean-Christophe Maillard. Lazarevitch zette zijn opleiding voort door samen te werken met traditionele muzikanten en dansers, waarbij hij zich bezighield met volksblaasinstrumenten, waaronder de Ierse fluit en de doedelzak. Het resultaat was een stijl die barokmuziek en de vaardigheden van traditionele musici combineerde. Hij werkte ook met zangers van traditioneel repertoire en verdiepte zich o.a. in Indiase muziek. De uitvoerders zijn François Lazarevitch – Flûte Traversière, Musette, Lucile Boulanger – Viole de Gambe en Éric Bellocq – Archlute, Gitaar
Tracklist:
La Polonoise
Suite en mi mineur
Plainte
Suite en sol majeur
Les Voix humaines
Suite en do
La Guitare
Caprice ou sonate
Suite en sol mineur
Voix humaines Marin Marais Pièces inédites pour flûte Les Musiciens de Saint-Julien François Lazarevitch Lucile Boulanger Éric Bellocq cd ALPHA 1126