“Édouard Lalo, Le Roi d’Ys” o.l.v. György Vashegyi, een nieuwe uitgave van BruZane. Grandioos!

Édouard Lalo (1823-1893) componeerde “Le Roi d’Ys”, een opera in drie bedrijven en vijf scènes, op een libretto van Édouard Blau (1836-1906). Hij baseerde zich op de Bretonse legende over de stad Ys, hoofdstad van het koninkrijk Cornouaille, die voor de kust van Douarnenez (nu in Finistère) in zee zou zijn gezonken. Als de zee rustig is zou men er nu nog steeds de klokken van Ys kunnen horen…

In het koninkrijk Cornouaille aan de Bretoense kust, waar nota bene ook “Tristan und Isolde” zich afspeelt, komt de oorlog tussen prins Karnac en de inwoners van het stadje Kêr Ys ten einde. De voorwaarde voor het vredesverdrag is wel dat prins Karnac met prinses Margared trouwt. Maar haar liefde voor Mylio, die uiteindelijk trouwt met haar zus Rozenn, zal een verschrikkelijke vloedgolf veroorzaken, aangewakkerd door haar wraakzucht.

Aan het begin van het verhaal staat prinses Margared, de dochter van de koning van Ys, op het punt te huwen met prins Karnac, de voormalige vijand van de stad. Wanneer Margared verschijnt met haar zus Rozenn, merkt haar zus op dat Margared er zo somber uitziet. Margared geeft na een tijd toe dat ze inderdaad somber is omdat ze zo gezegd rouwt om haar overleden geliefde. Daarop vraagt Rozenn of Margareds geliefde destijds soms op hetzelfde schip is vertrokken als de gestorven gewaande legeraanvoerder Mylio, wat Margared bevestigt. Maragared vertelt weliswaar niet aan haar zus dat ze met haar zogenaamde overleden geliefde, eigenlijk Mylio bedoelde. Margared is ervan overtuigd dat Mylio haar liefde zal beantwoorden. Wanneer ze ontdekt dat Mylio onverwachts is teruggekeerd, weigert ze door te gaan met het huwelijk, waarop Karnac de stad Ys vervloekt en dreigt met wraak.

In de tweede hoort Margared overmand door jaloezie, dat de koning Rozenns hand aan Mylio belooft, wanneer hij als overwinnaar uit de strijd tegen Karnac zou terug keren. Mylio keert inderdaad als overwinnaar terug en schrijft zijn overwinning toe aan de steun van de beschermheilige van de stad, Sint Corentin. Bij het zien van de verslagen Karnac besluit Margared zich bij hem aan te sluiten. Ze is nl. van plan om de sleutels van de sluisdeuren die de stad tegen de zee beschermen, aan Karnac te geven…

In de derde akte kondigt Margared aan dat Ys gedoemd is want de sluizen staan open. Mylio doodt Karnac, maar te laat om de stad te redden die door de golven wordt verzwolgen. Margared, overmand door wroeging, beseft dat de oceaan een offer eist en stort zich net als Senta in Wagners “Der fliegende Holländer”, vanaf een hoge rots in zee, waardoor ze de stad redt. Na haar dood verschijnt Sint Corentin en kalmeert de golven.

De in 1871, o.a. door Camille Saint-Saëns, opgerichte “Société Nationale de Musique”, die zich inzette voor de Franse muziek, programmeerde werken van Édouard Lalo. Vooraanstaande dirigenten als Charles Lamoureux en Étienne Jules Pasdeloup zetten zich in voor zijn composities en de vioolvirtuoos Pablo de Sarasate speelde in de jaren ’70, met groot succes, zijn beide Vioolconcerti. Lalo’s 2de Vioolconcerto, getiteld “Symphonie Espagnole” op. 21, werd en is trouwens nog steeds zijn bekendste en meest geliefde, instrumentaal werk.

Aangemoedigd door dit overweldigend succes, nam hij als operacomponist een nieuwe aanloop. Zijn in 1878 begonnen “Le Roi d’Ys”, gebaseerd op de Bretonse legende over de verzonken stad, voltooide hij in 1887. Na enkele concertuitvoeringen van bepaalde passages, werd het werk door de theaterdirecties afgekeurd. In 1888 betekende de première in de Parijse Opéra-Comique weliswaar de uiteindelijke doorbraak voor Lalo.

Édouard Lalo (foto) heeft het inspirerend libretto met een zelden geëvenaard gevoel voor theatrale dramatiek getoonzet. De personages leven ondersteund door een heftige, kleurrijke orkestratie, hun passies uit, en zeker de rol van Margared verdient het om tot de meest succesvolle in het Frans romantisch operarepertoire gerekend te worden. Het werk, dat in 1888 in Parijs voor het eerst werd opgevoerd, behaalde een triomf die daarna bij elke opvoering in de provincie en in het buitenland werd herhaald. Het werk steekt nl. vol dramatische situaties: Bretonse feesten, de bovennatuurlijke verschijning van Sint-Corentin, het huwelijk, begeleid door orgel, en de evocatie van de vloedgolf en de woeste golven. Het bijbehorend boek van deze niet te missen BruZane uitgave bevat daarenboven verrijkende, interessante teksten van Alexandre Dratwicki, Vincent Giroud (“L’inspiration bretonne dans la musique française du XIXe siècle” (zeker lezen)) en Victorin Joncières.

Rolverdeling:

Judith van Wanroij (Rozenn)

Kate Aldrich (Margared)

Cyrille Dubois (Mylio)

Jérôme Boutillier (Karnak)

Nicolas Courjal (Le Roi)

Christian Helmer (Jahel/Saint Corentin)

Édouard Lalo Le Roi d’Ys Hungarian National Philharmonic Orchestra Hungarian National Choir György Vashegyi  2 d + boek BruZane BZ1060