“Gli Uccellatori” (”De vogelvangers”) werd voor het eerst opgevoerd in 1759 in Venetië. Dit dramma giocoso was zo succesvol dat de opera gedurende het daaropvolgend decennium in heel Italië, Spanje, Polen en Duitsland en in 1768, in Wenen, werd opgevoerd. Johann Christian Bach, de jongste zoon van Johann Sebastian Bach, die zich in Italië had gevestigd, componeerde er zelfs voor een opvoering  in 1760, in het Teatro Carignano in Turijn, een Sinfonia (ouverture) voor.

De componist van dit succesvol dramma giocoso was de vooraanstaande joods-Boheemse componist, Florian Leopold Gassmann (1729-1774) (foto), de leraar van Antonio Salieri, Glucks opvolger in Wenen ten tijde van keizer Jozef II, en voorloper van de Wiener Klassik. Gassmann kreeg les van Giovanni Battista Martini in diens Liceo Musicale in Bologna en tussen 1757 en 1763, was hij in Venetië koorleider aan het Ospedale degl’Incurabili (foto). Hij raakte er tevens bekend als componist van opera’s voor het oude Teatro San Moisè, vele op libretti van Goldoni.

In 1771 richtte Gassmann in Wenen, de “Tonkünstler-Societät” op, de eerste Vereniging in Wenen die publieke concerten gaf ten behoeve van weduwen en wezen. Voor het eerste concert van die Vereniging componeerde Gassmann zijn enige oratorium, “La Betulia liberata” op een libretto van Pietro Metastasio, een libretto dat door wel 46 componisten werd getoonzet, o.a. door de jonge Mozart.

Het manuscript van Gassmanns “Gli Uccellatori” werd in 2015, ontdekt in de Weense Staatsbibliotheek als onderdeel van een onderzoeksproject, “Opera Buffa in Wenen”, onder leiding van de Italiaanse musicoloog, Michele Calella (1967) (foto), hoogleraar “Musikwissenschaft” aan de Universiteit van Wenen.

“Gli Uccellatori” was na “Merope”, een dramma per musica op een libretto van Apostolo Zeno en “Issipile”, een dramma per musica op een libretto Pietro Metastasio, Gassmanns derde opera. De première vond plaats in het “Teatro San Samuele” (foto) in Venetië tijdens het carnaval van 1759. De plot, gebaseerd op een libretto van Carlo Goldoni (foto), draait om de markies Riccardo en de gravin Armelinda en de amoureuze intriges en de kostelijke capriolen van Pierotto, Cecco en Toniolo (3 vogelvangers) en Roccolina en Mariannina, 2 dienstmeisjes, afkomstig uit het platteland. “Gli Uccellatori” is een innemende, komische opera met een overvloed aan motieven, een levendige sfeer en levendige humor, en theatrale charme.

Een verrijking, dankzij het 49ste Festival della Valle d’Itria in Martina Franca, in Puglia, de aanstekelijke solisten/personages en het Orchestra Ico della Magna Grecia van het I.C.O. (Istituzione Concertistica Orchestrale) o.l.v. de jonge, talentvolle, Italiaanse dirigent, Enrico Pagano (1995).

Rolverdeling:

Bryndis Gudjónsdóttir, la Contessa Armelinda

Massimo Frigato, Il Marchese Riccardo)

Justina Vaitkute, Roccolina

Elia Colombotto, Cecco

Angelica Disanto, Mariannina

Huigang Liu, Pierotto

Joan Folqué, Toniolo

Florian Leopold Gassmann Gli Uccellatori Gudjónsdóttir Frigato Vaitkute Colombotto Disanto Liu Folqué Orchestra ICO della Magna Grecia Enrico Pagano, conductor 2 cd Dynamic CDS8033