Geschiedenis van de Duitse literatuur volgens Marcel Reich-Ranicki, uitgegeven door “Deutsche Verlags-Anstalt” (DVA). Een must!

Marcel Reich-Ranicki wijdde zijn leven aan literatuur en aarzelde nooit om een strikt persoonlijke selectie te maken van de volgens hem belangrijkste auteurs en hun werken. Het boek bevat een uitgebreide verzameling van de belangrijkste en beste essays van deze gepassioneerde criticus. Marcel Reich-Ranicki had een uitgebreide kennis van de Duitse literatuur. Maar, hoe kritisch hij zich ook over de schrijvers en hun werk uitliet, het was altijd met passie en liefde.

Marcel Reich-Ranicki (1920-2013) was een halve eeuw lang de meest succesvolle, effectieve en waarschijnlijk ook de meest controversiële literaire criticus. Het door Thomas Anz uitgegeven boek is een selectie van de belangrijkste en beste publicaties van Reich-Ranicki over hedendaagse literatuur, zijn ontdekkingen en provocaties, lofzangen en, bijdragen aan debatten. Het boek geeft een levendig beeld weer van de literatuur sinds 1945 en het toont nog maar eens aan, dat zonder Marcel Reich-Ranicki, het literair leven van de afgelopen decennia, veel armer en aanzienlijk saaier zou zijn geweest.

Hij was kritisch maar wist ook altijd alles in de algemene context van politiek en wereldgebeurtenissen te plaatsen. Het is dan ook interessant om te zien welke werken en teksten besproken zijn, welke Reich-Raniscki gelezen heeft, en hoe hij daarmee omging, zoals bv. Günter Grass, Heinrich Böll, Martin Walser en Christa Wolf.

Marcel Reich-Ranicki was een intellectueel monument, een levende legende. Hij heeft de literaire naoorlogse periode als geen ander gevormd tot de 21ste eeuw. Hij maakte deel uit van de “Groep 47″, schreef recensies voor invloedrijke kranten en maakte deel uit van het populair “Literaire Kwartet”. In 2014 werd het volume over de geschiedenis van de literatuur sinds de Middeleeuwen gepubliceerd. “Mijn Duitse literatuur sinds 1945”, onder redactie van Thomas Anz, behandelt de literatuur van de naoorlogse periode en de DDR tot heden.

Het eerste belangrijk boek uitgegeven door Marcel Reich-Ranicki verscheen in 1955 in Warschau. Het bleef onbekend buiten Polen, heeft een omtrek van 370 pagina’s en is een geschiedenis van de Duitse literatuur. Precies: hun geschiedenis vanaf de oprichting van het rijk in 1871 tot heden. De titel:was “Z dziejów literatury niemieckiej 1871-1954”, in het Duits, “Aus der Geschichte der deutschen Literatur 1871-1954”. Het begint met Theodor Fontane en Gerhart Hauptmann, gaat in detail in op Thomas en Heinrich Mann, Lion Feuchtwanger, Arnold Zweig en vooral Anna Seghers, over wie Reich-Ranicki in 1957 zijn tweede boek publiceerde. In het memorandum legde de auteur aan zijn Poolse landgenoten uit: “Als dit boek nieuwe liefhebbers van Duitse literatuur wint en ons helpt onze band met het vredelievend en democratisch Duitsland te verdiepen, dan zal ik mijn taak hebben vervuld.”

Reich-Ranicki’s publicaties over literatuur waren liefdesuitingen.Zijn literaire geschiedenis was een liefdesverhaal, gekenmerkt door vaak zeer persoonlijke, hoogst idiosyncratische sympathieën, antipathieën en ambivalenties. “Nee, ik hou niet van hem, deze Friedrich Hölderlin,” begint één van zijn essays. Hij bekent bewondering en dankbaarheid aan deze dichter en voegt eraan toe: “Waar ik ook buig voor waardering en bewondering voor de Duitse poëzie, er is altijd liefde in het spel”.

Het boek “Meine Geschichte der deutschen Literatur Vom Mittelalter bis zur Gegenwart” is onderverdeeld in vier omvangrijke hoofdstukken. In “Von Mittelalter bis zur Romantik”  bespreekt R. Ranicki Walther von der Vogelweide, Paul Fleming, Gotthold Ephraim Lessing, Goethe, Schiller, Hölderlin, Schlegel, E. T. A. Hoffmann en von Kleist. In “ Vormärz und Realismus” heeft hij het over Ludwig Börne, Georg Büchner, Heine, Hebbel, Storm, Wagners Meistersinger von Nürnberg en Fontane. In “Literarische Moderne bis 1945” gaat het over Schnitzler, Ricarda Huch, Alfred Kerr, Alfred Polgar, Karl Kraus, Thomas Mann, Hermann Hesse, Alfred Döblin, Kafka, Arnold Zweig, Kurt Tucholsky, Bertolt Brecht, Erich Kästner, Anna Seghers, Klaus Mann en Mascha Kaléko. Het 4de hoofdstuk “Von der Nachkriegsliteratur bis zur Gegenwart” gaat over Marie Luise Kaschnitz, Canetti, Wolfgang Koeppen, Max Frisch, Alfred Andersch, Peter Weiss, Heinrich Böll, Friedrich Dürrenmatt, Erich Fried, Ernst Jandl, Siegfried Lenz, IngeborgBachmann, Martin Walser, Günter Grass, Christa Wolf, Peter Rühmkorf, Thomas Bernhard, Uwe Johnson, Sarah Kirsch, Wolf Biermann, Jurek Becker, Hermann Burger, Peter Handke, Eva Demski, Botho Strauss, Ulla Hahn, Elfriede Jelinek en Patrick Süskind.

“Mijn Duitse literatuur sinds 1945” is daarentegen een getuigenis van de Duitse literaire geschiedenis. Van dichtbij beleven we de veranderingen in de literatuur van de naoorlogse periode tot vandaag, die veel van de oorlogstijd en de DDR als raamwerk heeft. In augustus van 1958  begon Reich-Ranicki voor de Frankfurter Allgemeine Zeitung te werken als literatuurcriticus. Hij ondervond daarbij steun van auteurs uit de Gruppe 47, onder wie Wolfgang Koeppen en Siegfried Lenz, die hun boeken door hem lieten recenseren. De Gruppe 47 was een groep van Duitstalige schrijvers en uitgevers die op initiatief van Hans Werner Richter in september 1947 bijeenkwamen en de komende twee decennia een duidelijk stempel zouden drukken op de naoorlogse Duitse literatuur. In 1961 werd in Dortmund de Dortmunder Gruppe 61 opgericht, een groep politiek geëngageerde literaire figuren die als hoofddoel hadden de arbeiders aan het schrijven te krijgen. In 2005 richtte Günter Grass in Lübeck de Gruppe 05 op die sterk geïnspireerd was op de Gruppe 47.  Eind 1959 verhuisde Reich-Ranicki naar Hamburg-Niendorf, alwaar hij voor Die Zeit ging werken en zelf mocht beslissen welke boeken hij wilde bespreken.

De uitstekende en kleurrijke essays en recensies van Marcel Reich-Ranicki waren doorspekt met ironie en sarcasme, maar ze waren altijd eerlijk en diepgaand. Hij ontleedde, analyseerde, zette het weer in elkaar, altijd rekening houdend met het hele oeuvre en de geschiedenis van elke auteur. Verwijten, lofprijzingen en verslagen van vergaderingen van de groep 47 en delen van het beroemd literair kwartet completeren de keuze. Het boek is opgesplitst in “Von der Gruppe 47 bis zur Politisierung um 1968”,  “Von der Neuen Subjektivität bis zum Fall der Mauer” en “Von der deutschen Einheit bis zum 21. Jahrhundert”. Meesterlijk geschreven. Warm aanbevolen!

Marcel Reich-Ranicki, Thomas Anz (Hrsg.) Meine Geschichte der deutschen Literatur Vom Mittelalter bis zur Gegenwart 576 bladz. Duits Uitg. DVA  ISBN 978-3421046635 

Marcel Reich-Ranicki, Thomas Anz (Hrsg.) Meine deutsche Literatur seit 1945 576 bladz. Duits Uitg. DVA ISBN 978-3-421-04704-5