François I door Doulce Mémoire

Twee cd’s bij een boek reconstrueren de muziek van het Goudlakenkamp (Field of the Cloth of Gold, Le Camp du Drap d’Or), in het Noord-Franse Balinghem.  In juni 1520 vond daar nl. de ontmoeting plaats tussen koning Frans I van Frankrijk en koning Hendrik VIII van Engeland.

François I,  prins, koning  en mecenas, begreep hoe muziek zijn prestigieus beleid kon dienen. Hij vroeg officiële muziek voor grote diplomatieke evenementen zoals de ongelooflijk  luxueuze  ontmoeting  tussen zijn kapel en deze van Hendrik VIII van Engeland, naast  intieme muziek met haar subtiel, verfijnd en geleerd  repertoire,  voor zijn kastelen in Chambord en Fontainebleau. Dit alles uitgevoerd door de beste zangers en instrumentalisten binnen het Koninkrijk, samen gebracht als La Chambre du Roy. Dit feest van onuitgegeven en originele muziek voor koning Frans I, hét  symbool van de gelukkige renaissance, is nu op de meest professionele wijze gereconstrueerd door uitvoerders, die stuk voor stuk deskundigen zijn op het gebied van oude muziek en  ieder in het bezit zijn van een uitmuntende vocale en instrumentale techniek.

Dit zijn zonder twijfel de beste cd’s  tot nu toe uitgebracht met muziek uit de tijd van en rond de Franse koning François I. Te meer daar het begin van de Franse zestiende eeuw, naast de twee prachtige cd’s, verrukkelijk en prachtig in beeld wordt gebracht in een boek met heel interessante teksten van dirigent Denis Raisin Dadre (°1956). Naast de fijne en meerdere subtiliteiten van een overtreffende trap van benadering van deze muziek, zowel sacrale als profane muziek, in de eeuw van de Franse Renaissance, bevestigt deze uitgave van Doulce Mémoire hun hoge, artistieke intelligentie. De sonische pracht van beroemde muzikale feesten, zoals de verklanking van het protocollair en politiek  beleid van het Field of Cloth of Gold (juni 1520) (Camp du drap d’or), illustreert ook de inspiratie van dichters en componisten begunstigd door de koning, gekroond in 1515. Deze magistrale  uitgave danken we aan Denis Raisin Dadre’s  onderzoek van originele bronnen die tot nu toe onbekend waren en waarom we geen precieze omschrijving hadden van de muziek gespeeld voor de heersers van Frankrijk en Engeland die toen met veel pracht en praal samen kwamen op de Noord-Franse weide. De uitvoerders hebben de collectieve consistentie van de aanpak gerespecteerd en in het bijzonder, alle zorg besteed aan de sensuele sound, de verfijning van en de zorg voor de taal,  met alle aandacht voor articulatie. Tijdens de nachtelijke opnamen in Fontevrault van de Messe du Camp du Drap d’or en in Chambord van de chansons hebben zij hun opvallende poëtische en expressieve intensiteit, geconcentreerd in intieme welsprekendheid, gesublimeerd. Magnifiek!

In vergelijking met andere grote artistieke confrontaties tijdens vergaderingen en ontmoetingen was Le camp du drap d’or van 5 tot 23 juni 1520 een belangrijke mijlpaal in de Franse muziekgeschiedenis. François I confronteerde er met name zijn kapel met deze van Henry VIII wiens singulariteit en eigenheid gekoppeld waren aan het insulaire, Engelse Tudor karakter. Want buiten het continent onderscheidde de Engelse zang zich duidelijk van de verschillende continentale praktijken en stijlen. De Franse adellijke plechtigheid met zoete nostalgie werd door de Engelse zangers beantwoord met flexibele behendigheid, duizelingwekkende virtuositeit en oneindige charme.

Messe du Camp du Drap d’or

Voor de virtuele reconstructie van de Mis, waarvan niets bekend is van de toen gespeelde muziek, koos Denis Raisin Dadre, die nota bene  blokfluitspeler is, voor het Kyrie gecomponeerd door Sermisy  en voor het Gloria gecomponeerd door Ludford. Aan Franse kant, naast de virtuoze motetten van Jean Mouton (o.a. Reges terrae (De koningen der aarde)), koos hij  voor de 5-stemmige Mis in “Quare fremuerunt gentes” (Waarom mensen …) en  voor het  6-stemmig credo en het 8-stemmig Agnus Dei van Claudin de Sermisy, een toen jonge, beloftevolle  componist.  Als toevoeging,  de anonieme hymne O salutatis hostia in dissonante, verticale stijl. Aangaande Engelse muziek koos Denis Raisin Dadre  voor de 6-stemmige mis  Benedicta et Venerabilis van  Nicholas Ludford,  componist van zeven  prachtige three-part Lady Masses. De Engelsen zongen a capella terwijl de Fransen afwisselend begeleid werden door instrumenten (cornetten, trombones, fluiten en fagotten). Zelfs de stemming/diapason  is aangepast.

Chansons

Op de 2de cd vinden we de rijke literatuur van chansons en melodieën aan het Franse hof.  Denis Raisin Dadre die ik zo een beetje zou willen omschrijven als de William Christie van de Franse renaissancemuziek,  koos o.a. voor Attaignant, Clément Jannequin, Claudin de Sermisy, Pierre Certon en Pierre Sandrin. En naast deze laatste kan u ook de Févin, Penet, en de Rippe ontdekken.

Met de gevoeligheid, de vloeiende, gemeten precisie, de altijd heerlijk intieme zang, het enthousiasme en het meer dan aanstekelijk spel van de instrumentalisten, stelt Doulce Mémoire het elegant universum en de overvloedige,  voluptueuze kunst van het Hof van François I voor als een gouden tijdperk dat door hun magnifieke interpretatie nieuw leven wordt ingeblazen.

Het boek (132 bladz.) is prachtig  geïllustreerd met kleurfoto’s, de teksten zijn in het Frans en in het Engels en alle gezongen teksten zijn eveneens in beide talen opgenomen. Meer dan subliem ! Bravo!