“Enigma Fortuna, Antonio Zacara da Teramo, Complete Works”, door La Fonte Musica o.l.v. Michele Pasotti, op het label Alpha. Subliem!

Met als titel “Enigma Fortuna”, wil het ensemble La Fonte Musica o.l.v. Michele Pasotti, op 4 cd’s, de mysterieuze en excentrieke persoonlijkheid van de componist, Antonio Zacara da Teramo (1355-1416) voorstellen.Deze tijdgenoot van Boccaccio, Donatello en Brunelleschi, was bijna een soort muzikale Jheronimus Bosch, aangezien de teksten die hij op muziek zette een “ondersteboven universum” opriepen waar het obscene, het denkbeeldige en het groteske hand in hand gingen. Antonio “Zacara” da Teramo (ca.1350/1360-1413-416) (foto), een Italiaanse componist, zanger en pauselijk secretaris van het late Trecento en vroeg Quattrocento, was rond 1400, een van de meest actieve Italiaanse componisten. Zijn stijl overbrugde de perioden van het Trecento, de ars subtilior, en het begin van de muzikale Renaissance.Hij was waarschijnlijk afkomstig uit Teramo, in het noorden van Abruzzo (Koninkrijk Napels), niet ver van de Adriatische kust. De mogelijkheid dat twee verschillende componisten, “Antonio da Teramo” en “Zacara da Teramo”, werden samengevoegd tot één persoon werd verwijderd door onderzoek naar het leven van de componist door Agostino Ziino. Een andere componist met een gelijkaardige naam, Nicolaus Zacharie, behoorde tot een volgende generatie componisten. Antonio’s bijnaam “Zaccara” of “Zachara”, was waarschijnlijk een verwijzing naar zijn korte gestalte. De Squarcialupi Codex (foto) bevat een afbeelding van hem en in een 15e-eeuwse biografie, wordt hij beschreven als “statura corporis parva”. De naam Zacara betekent een klein ding of een ding van weinig waarde. Vandaar de reden waarom Antonio de bijnaam zelf nooit gebruikte. Er is niets bekend over zijn leven tot hij in 1390, in Rome, leraar werd aan het Ospedale di Santo Spirito in Sassia. In het volgend jaar werd hij secretaris van paus Bonifatius IX (tot 1404).Hij behield deze functie ook tijdens het pontificaat van Innocentius VII (1404-1406) en Gregorius XII (1406-1415). Dit was tijdens de turbulente periode van het Westers Schisma. Uit zijn bewaard gebleven brieven, evenals uit de talrijke verborgen, en waarschijnlijk subversieve, politieke verwijzingen in zijn muziek, lijkt Zacara trouwens betrokken te zijn geweest bij de perikelen rond het Schisma. Het is niet precies bekend wanneer hij de dienst aan paus Gregorius verliet, maar als de ballata “Dime Fortuna poy che tu parlasti” inderdaad van Zacara is, dan kunnen we uit de tekst ervan afleiden, dat hij Gregorius verliet voor het Concilie van Pisa in 1409. Daarna werd hij zanger in de kapel van Johannes XXIII, in Bologna, de tegenpaus, die een relatie had met de vrouw van zijn broer en met de zuster van de kardinaal van Napels samenleefde, jonge geestelijken benoemde tot abt van rijke kloosters, in ruil voor hun liefdesdiensten, en die op weg naar het concilie van Konstanz, in Bologna, zo’n 300 nonnen onteerd zou hebben in ruil voor een aflaat…In het werk van Antonio Zacara is er een stilistische ontwikkeling zichtbaar in twee fasen, een vroege periode, gedomineerd door vormen zoals de ballata, vergelijkbaar in stijl met het werk van Jacopo da Bologna of Francesco Landini, en een periode, die mogelijk begon rond 1400, toen hij in Rome was, waarin zijn muziek werd beïnvloed door de ars subtilior. Er is zowel religieuze als wereldlijke, vocale muziek van hem bewaard gebleven. Talloze Misdelen, Gloria’s en Credo’s, staan in een Bologna-manuscript (Q15), samengesteld rond 1420, zeven nummers verschijnen in de Squarcialupi Codex (waarschijnlijk samengesteld 1410-1415) en 12 in de Mancini Codex (waarschijnlijk samengesteld rond 1410). Bepaalde composities van Zacara bevinden zich zelfs in een Pools manuscript en in het Engels Old Hall Manuscript, wat wijst op zijn bekendheid en de brede verspreiding van zijn werk.Afgezien van een caccia (Cacciando un giorno), een Latijnse ballade (Sumite, karissimi) en een madrigaal (Plorans ploravi ), waren zijn liederen allemaal ballate. De nummers in de Squarcialupi Codex en Mancini Codex verschillen sterk in stijl. De werken in de Squarcialupi Codex, werden waarschijnlijk aan het begin van zijn carrière gecomponeerd en vertonen invloeden van lyrische Italiaanse componisten uit het midden van de eeuw, zoals Landini. De muziek in de Mancini Codex is daarentegen nauwer verwant met de maniëristische stijl van de ars subtilior. Hoewel de exacte data van de muziek niet kan worden vastgesteld, is het mogelijk dat een deel van de muziek in de Mancini Codex, gecomponeerd werd nadat Zacara Rome had verlaten, en hij waarschijnlijk beïnvloed werd door de avant-garde ars subtilior-stijl uit Avignon. Anderzijds, probeerde hij misschien bewust een Romeins antwoord te creëren op de muziek aan het hof van de antipausen.Een van de vreemdste liederen van Zacara, die voorkomt in de Mancini Codex, “Deus deorum, Pluto”, is een tweestemmige aanroeping tot de Romeinse god van de onderwereld. De tekst bevat de namen van de bewoners van de hel. Het is een enthousiast gebed tot Pluto, koning van de demonen, dus niet bepaald het soort compositie dat je zou verwachten van een vrome Vaticaanse secretaris. Zacara gebruikte dit nummer zelfs als basis voor een van zijn Credo’s. Zacara’s Misdelen lijken invloed te hebben gehad op andere componisten van het begin van de 15de eeuw, onder wie Johannes Ciconia en Bartolomeo da Bologna. Sommige van zijn innovaties zijn zelfs te zien in het werk van Dufay. Zacara was misschien de eerste die ‘divisi’-passages in de hogere stemmen gebruikte. Zijn bewegingen zijn veel langer dan andere 14e-eeuwse misdelen, en maken veelvuldig gebruik van imitatie, evenals hoquetus, een meer archaïsche techniek. Over het algemeen waren zijn misdelen, een schakel tussen de stijl van de losse misdelen van de 14de eeuw (met uitzondering van de volledige Messe de Nostre Dame van Guillaume de Machaut), en de cyclische Mis, die zich in de 15de eeuw ontwikkelde.La Fonte Musica, een ensemble gespecialiseerd in laatmiddeleeuwse muziek, opgericht door Michele Pasotti, wil het buitengewoon creatief, experimenteel en verfijnd karakter van de weinig onderzochte muziek van de late middeleeuwen tot de vroege renaissance (ca. 1320-1440, vooral het Italiaanse Trecento), op historische instrumenten en vanuit een constante filologisch onderzoek, in eer herstellen. De vocale en instrumentale virtuositeit, evenals de aandacht voor detail, typisch voor de Ars Nova en de Ars Subtilior, gingen nl. hand in hand met de complexiteit en verfijning van dit repertoire. De concerten van La Fonte Musica werden uitgezonden door de BBC, Rai Radio Tre (Italië), ORF 1, de Duitse RBB kulturradio en Polskie Radio. “Metamorfosi Trecento. Transformations of the Myth in Ars Nova”, hun tweede cd, werd in januari 2017, uitgebracht door Alpha Classics, werd naast lovende kritieken van de vakpers, bekroond met een Diapason d’Or.Michele Pasotti studeerde luit bij Massimo Lonardi en volgde masterclasses bij Hopkinson Smith en Paul O’Dette. Aan de Civica Scuola di Musica in Milaan, specialiseerde hij zich later in renaissancemuziektheorie en contrapunt en verdiepte hij zich in de studie van de laatmiddeleeuwse praktijk zowel in Milaan als in Barcelona (Esmuc). Aan de universiteit van Rome “Tor Vergata” volgde hij de specialisatiecursus Ars Nova in Europa, waar hij een eersteklas diploma behaalde. Hij behaalde ook een eersteklas graad in theoretische filosofie met een proefschrift over Martin Heidegger. Van 2013 tot 2018, gaf hij een Ars Nova-cursus aan de Civica Scuola di Musica di Milano. Hij is professor luit aan het Conservatorio di Musica “B.Maderna” in Cesena en geeft ook lezingen, hetzij over musicologische onderwerpen, hetzij om de kennis van luiten en oude muziek te introduceren en te verspreiden, ook via radio-uitzendingen (Rai Radio 3). Daarnaast is hij de oprichter van La Fonte Musica.Naast La Fonte Musica, dirigeerde hij ook andere ensembles, zoals Capella Cracoviensis e Harmonia Cordis, en speelt hij regelmatig met Il Giardino Armonico, I Barocchisti, Les Musiciens du Louvre, Balthasar-Neumann Ensemble, Collegium Vocale, Arcangelo, Les Musiciens du Prince, Akademie für Alte Musik Berlin, Il Ricercar Continuo, Coro e Orchestra Ghislieri, Sheridan Ensemble, en Cecilia Bartoli. Als solist (luiten, theorbe, barokgitaar) heeft hij een repertoire dat zich uitstrekt van de middeleeuwen tot de late 18de eeuw. Hij speelde in meer dan 70 opnames voor Deutsche Grammophon, Decca, EMI/Virgin Classics, Naïve, Warner, Sony/Deutsche Harmonia Mundi, SWR, Glossa, ORF, Ricercar, Avie, The Classic Voice en Amadeus) en nam deel aan verschillende live-uitzendingen (BBC, ORF, WDR, Radio Polskie, Rai Radio 3, Rete 2 van Rsi, France 2, France Musique, Mezzo).Enigma Fortuna Antonio Zacara da Teramo Complete Works La Fonte Musica Michele Pasotti 4 cd  ALPHA640

https://www.stretto.be/2018/11/21/het-italiaans-trecento-door-la-fonte-musica-en-la-morra-op-de-labels-alpha-en-ramee-wonderbaarlijk-mooi/

https://www.stretto.be/2019/05/20/francesco-landini-locchio-del-cor-en-parle-qui-veut-liederen-uit-het-italiaans-trecento-door-la-reverdie-en-sollazzo/