“Camille Saint-Saëns, Symphonic Poems”, door het Sinfonieorchester Basel o.l.v. Ivor Bolton, op het label Prospero.

Camille Saint-Saëns | San Francisco Classical Voice

Camille Saint-Saëns | San Francisco Classical Voice

Ontdek op deze magnifieke cd de 4 symfonische gedichten, die Camille Saint-Saëns (1835-1921) componeerde, beïnvloed door zijn hechte vriendschap met Franz Liszt.

Franz Liszt: biography, videos - medici.tv

Als componist en dirigent was Franz Liszt (foto) een belangrijke vertegenwoordiger van programmamuziek en een fervent aanhanger van de ‘nieuwe muziek’ van de Neudeutsche Schule. In het verlengde daarvan was hij de bedenker van het symfonisch gedicht en het pianorecital. Franz Liszt, die wel 13 symfonische gedichten componeerde, geldt in elk geval als de naamgever van “sinfonische Dichtung”, die in het Duits ook Tondichtung heet. Richard Strauss bv. gaf de voorkeur aan “Tondichtung”.Balladen und Lieder von Carl Loewe - "Denn der Gesang ist der Sprache wegen  da"

De eerste die de Duitse term “Tondichtung” gebruikte, was Carl Loewe (1796-1869) (foto). Niet voor een orkestwerk maar voor, “Mazeppa”, op. 27 (1828), een pianocompositie, gebaseerd op het gelijknamig gedicht van Lord Byron. Loewe componeerde het twaalf jaar voor Liszt hetzelfde onderwerp orkestraal behandelde. In het tweede kwart van de 19de eeuw leek de toekomst van de symfonie als genre onzeker. Hoewel veel componisten in de jaren 1820 en 1830 symfonieën bleven componeren, groeide het gevoel dat deze werken esthetisch veel minder waren dan deze van Beethoven. De echte vraag was niet zozeer of symfonieën nog gecomponeerd konden worden, maar of het genre nog verder zou kunnen bloeien en groeien. Mendelssohn, Schumann en Niels Gade boekten successen met hun symfonieën, waardoor het debat over de vraag of het genre dood was op zijn minst tijdelijk werd stopgezet.César Franck — Wikipédia

Niettemin begonnen componisten de compactere vorm van de concert ouverture te verkennen als een vorm waarin muzikale, verhalende en picturale ideeën werden vermengd. Tussen 1845 en 1847 componeerde César Franck (foto) een opvallend orkestwerk, gebaseerd op Victor Hugo’s gedicht “Ce qu’on entend sur la montagne”. Ook dit werk vertoonde kenmerken van een symfonisch gedicht, voorafgaand aan Liszts composities. Franck heeft zijn stuk echter niet gepubliceerd of uitgevoerd, noch was hij van plan het genre te definiëren. Liszts vastberadenheid om het symfonisch gedicht te verkennen en te promoten leverde hem uiteindelijk de erkenning op als uitvinder van het genre. In navolging van Liszt, componeerde Saint-Saëns 4 symfonische gedichten, “Le Rouet d’Omphale”, “Danse macabre”, “Phaëton”, en “La jeunesse d’Hercule”. Begin jaren ‘50 had de jonge Camille Saint-Saëns, Liszt voor het eerst ontmoet. Er was een hechte vriendschappelijke band gegroeid tussen beide componisten en aangaande pianospel kreeg Saint-Saëns zelfs de bijnaam, ‘Franse Liszt’.

“Le Rouet d’omphale” (het spinnewiel van Omphale), op. 31, uit 1871, opgedragen aan zijn vriendin, de componiste Augusta Holmes, was het eerste van Saint-Saëns’ symfonische gedichten naar een mythologisch gegeven. Het verklankt het verhaal dat Hercules vermomd als een vrouw, als “slavin” van Omphale, de mythische koningin van Lydië, garen moest spinnen voor haar op haar spinnewiel. Toen Omphale ontdekte dat haar “slavin” in werkelijkheid de held Herakles was, liet ze hem vrij, werden ze geliefden en huwden ze uiteindelijk.

“Phaéton”, uit 1873, gebaseerd op de gelijknamige mythe uit de Griekse oudheid, verklankt het verhaal dat om te bewijzen dat hij de zoon van de zonnegod is, Phaéton aan zijn vader Helios, toestemming vraagt om voor één dag diens zonnewagen te mogen besturen. Op grond van eerder gedane beloften geeft Helios met tegenzin toestemming. Het is nl. een hele opgave om de zon in bedwang te houden. Phaéton ondervindt daarom al snel de rampzalige gevolgen van zijn jeugdige overmoed. Hij is de onstuimige paarden niet de baas, waardoor hij met zon en al te dicht bij de aarde komt, zodat deze verschroeit. Door deze mythe wordt trouwens het ontstaan van de Sahara en de huidskleur van de Ethiopiërs verklaard. Uiteindelijk grijpt Zeus in door Phaéton met zijn bliksem te treffen, waarna hij in de rivier de Eridanus stort. Zijn 3 halfzusters rouwden om zijn dood, hun tranen stolden tot barnsteen en de zusters veranderden in populieren.

“Zig et zig et zig, la mort en cadence

Frappant une tombe avec son talon,

La mort à minuit joue un air de danse,

Zig et zig et zag, sur son violon”.

Voor het werd uitgewerkt tot het heel bekend symfonisch gedicht met een opvallende solo vioolpartij, was “Zig et zig et zig, la mort en cadence”, “Danse macabre”, oorspronkelijk een lied (mélodie) voor stem en piano, opgedragen aan de portret- en genreschilder, Gustave Jacquet (1846-1909), naar het gedicht, “Égalité-Fraternité”, uit de bundel “Heures sombres/L’Illusion” uit 1874, van de Franse arts, symbolistisch dichter en letterkundige, Henri Cazalis (1840-1909) (alias Jean Lahor) (foto), De orkestversie werd in januari 1875, in première gespeeld o.l.v. Édouard Colonne.

La jeunesse d'Hercule, Op. 50 – Liber Liber

“La Jeunesse d’Hercule” op. 50, voltooid op 6 januari 1877 en opgedragen aan Henri Duparc, werd reeds een paar dagen later in het Théâtre du Châtelet onder leiding van Édouard Colonne in première gespeeld. In deze subtiele en kleurrijk georkestreerde dialoog tussen twee tegenovergestelde krachten, weerstaat Hercules tot tweemaal toe, aan de verleiding van nimfen en bacchanten. Hij verzet zich tegen hun zachte melodieën en hun betoverend bacchanaal. Een plechtig en ernstig thema rond zijn worsteling en gevecht, verklankt daarentegen zijn zoektocht naar deugd. In een triomfantelijke finale ziet Hercules door de vlammen van de brandstapel, verklankt door een vurige dans van de strijkers en de harpen, de beloning voor onsterfelijkheid.Was Samson's true weakness his hair or Delilah?

Tussen 1864 en 1920 componeerde Camille Saint-Saëns, 13 opera’s. Van die 13 opera’s hield helaas enkel “Samson et Dalila” repertoire. Samson et Dalila, een grand opera in drie bedrijven op een Frans libretto van Ferdinand Lemaire, werd voor het eerst opgevoerd in Weimar in het Grossherzogliches (Groothertogelijk) Theater (nu de Staatskapelle Weimar ) op 2 december 1877 in een Duitse vertaling. De opera was gebaseerd op het Bijbels verhaal van Simson en Delilah in hoofdstuk 16 van het boek Rechters in het Oude Testament. Het is de enige opera van Saint-Saëns die nog regelmatig wordt opgevoerd. De liefdesscène in het tweede bedrijf in Delilah’s tent is een van de decorstukken die de Franse opera definiëren. Twee van Delilah’s aria’s zijn bijzonder bekend, “Printemps qui commence” en “Mon cœur s’ouvre à ta voix”.Jan Lievens - Samson and Delilah

De “Air de Dalila” dateert van enkele maanden voor het einde van de oorlog. Ze werd gecomponeerd in De Panne aan de Belgische Noordzeekust, waar koningin Elisabeth van België (1876-1965), met wie Saint-Saëns bevriend was geraakt, haar toevlucht had gezocht. Zelf een goede muzikante, oprichtster van de beroemde wedstrijd die naderhand haar naam zou dragen, had de koningin sinds het uitbreken van de oorlog geen viool meer kunnen spelen. Geraakt door haar moed en plichtsbesef, arrangeerde Saint-Saëns op haar verzoek, Delilahs aria “Printemps qui commence”. Het arrangement is gecomponeerd voor exclusief gebruik door de koninklijke familie en is nooit gepubliceerd. Uit “Samson et Dalila” horen we twee memorabele momenten, de aria, “Mon cœur s’ouvre à ta voix” in een arrangement voor cello en orkest, en het fenomenaal “Bacchanale”.Ivor Bolton | Nationale Opera & Ballet

De van opleiding Engelse klavecinist, Ivor Bolton (°1958), studeerde aan Clare College (Universiteit van Cambridge) (1976-80) en vervolgens directie aan de Royal College of Music. Hij werd repetitor in de National Opera Studio en werd dirigent van de Schola Cantorum in Oxford. Bolton werd tevens Assistant Chorus Master en begin jaren ’80, werd hij dirigent van het Glyndebourne Opera Festival. Hij maakte zijn opera debuut in 1986 met Stravinsky’s “The Rake’s Progress”. Van 1992 tot 1997 was hij muziekdirecteur van Glyndebourne Touring Opera (nu Glyndebourne on Tour) en van 1994 tot 1996, dirigent het Scottish Chamber Orchestra. Hij dirigeerde ook de St James’s Baroque Players in Londen waarmee hij in 1987 de klavecimbel concerti BWV 1052-1058 van Bach opnam. Vanaf 2012 dirigeerde hij ook het Dresdner Festspielorchester. Bolton was van 2004 tot 2016 dirigent van het Mozarteum Orchester in Salzburg. In juni 2015 kondigde het Sinfonieorchester Basel de benoeming aan van Bolton als de opvolger van Dennis Russell Davies (2009-2016) als de volgende chef-dirigent, met ingang van het seizoen 2016-2017. In maart 2018 kondigde het orkest de verlenging aan van het contract van Bolton tot en met het seizoen 2024-2025.Ivor Bolton wird neuer Chefdirigent in Basel | kurier.at

Ivor Bolton wird neuer Chefdirigent in Basel | kurier.at

Camille Saint-Saëns Symphonic Poems Sinfonieorchester Basel Ivor Bolton cd Prospero PROSP 0060