“J.S. Bach, Herreweghe Koopman”, door Collegium Vocale Gent en het Amsterdam Baroque Orchestra & Choir, op het label Fra Bernardo. Het eerste hoogtepunt van de historische uitvoeringspraktijk. Uniek!

Twee live-opnames uit 2003, van Bachs Mis BWV 233 en zijn cantate BWV 214, documenteren twee toonaangevende Bach-vertolkers van onze tijd, Philippe Herreweghe en Ton Koopman. Afkomstig uit de school en omgeving van de legendarische Gustav Leonhardt, hadden en behielden beide musici en hun ensembles, een blijvende invloed op de hedendaagse uitvoeringstraditie van Bachs muziek. Deze live-opnames worden als extra Track, aangevuld met de wereldpremière-opname van Bachs subliem 6de Brandenburgs Concerto o.l.v. de legendarische organist en orgelbouwer, Josef Mertin (1904-1998) op historische instrumenten, uit het Bachjaar 1950. Op deze unieke opname speelden belangrijke pioniers als Nikolaus Harnoncourt, Gustav Leonhardt (op gamba!) en Eduard Melkus mee. Niet te missen!

Bach was een lutherse kerkmusicus die gewijd was aan de compositie van religieuze muziek in het Duits. Hij componeerde meer dan 200 cantates voor de liturgie, de meeste in Leipzig. Ondanks hun naam bevatten de vier lutherse missen bijna geen luthers materiaal. Soms worden ze ‘Missa brevis’ genoemd, maar muzikaal bestaan ze bijna volledig uit bewegingen die ontleend werden aan zijn cantates. Hoewel ze vaak worden overschaduwd door de bekendere h-moll Messe of Hohe Messe, is het mooie van deze korte missen, Bachs keuze van zijn mooiste cantate bewegingen. Bachs 4 Lutherse Missen (BWV 233-236) waren toonzettingen van het Kyrie en het Gloria van de Latijnse Mis.

Naast deze vier missen behoorden tot zijn Lutheraanse Missen ook enkele losse misdelen, nl. vier keer het Sanctus, een Kyrie en een Christe eleison. Tot hetzelfde soort missen behoorde oorspronkelijk ook het Kyrie en Gloria van een mis, gecomponeerd in 1733, die Bach later uitbreidde tot de magistrale Hohe Messe of h-moll Messe. Van deze Mis zijn er 2 versies, de 1733-versie of Missa brevis-versie, met enkel het Kyrie en Gloria, en de hier opgenomen 1749-versie of Missa tota-versie, met toonzettingen van het gehele Rooms-Katholiek Ordinarium.

De magnifieke, wereldlijke cantate, “Tönet, ihr Pauken! Erschallet, Trompeten!” (BWV 214) werd gecomponeerd ter gelegenheid van de verjaardag van Maria Josepha van Oostenrijk, echtgenote van August III, keurvorst van Saksen en koning van Polen (foto). De cantate werd uitgevoerd op 8 december 1733, waarschijnlijk in het koffiehuis Zimmerman in Leipzig waar Bach geregeld optrad met zijn Collegium Musicum. De cantate met als ondertitel Dramma per musica, bestaat uit een groots openingskoor, waarin de pauken, trompetten en strijkers worden opgeroepen de jarige koningin te feliciteren. Later zou Bach dit openingskoor hergebruiken als openingskoor in de eerste cantate van het Weihnachtsoratorium voor de Eerste Kerstdag, onder de titel “Jauchzet, frohlocket, auf, preiset die Tage” (BWV 248,1). Vervolgens komen de vier solostemmen om beurten vanuit hun eigen perspectief de koningin feliciteren. Alle stemmen doen dat in een recitatief en, op de tenor na, met een aria. Opvallend is dat steeds eerst de aria wordt gezongen en dan pas het recitatief. In het slotkoraal voegen de vier zangers hun stemmen samen en feliciteren nog één keer de jarige, eindigend met “Bluhet, ihr Linden in Sachsen, wie Zedern”. Naast het openingskoor, hergebruikte Bach trouwens ook de aria’s 5 en 7 en het slotkoor van deze cantate in zijn Weihnachtsoratorium.

Als een soort intermezzo, koos men voor Bachs Pastorale BWV 590 voor orgel, gespeeld door Ton Koopman. Deze Pastorale bestaat uit vier delen en wordt verondersteld te zijn geschreven voor uitvoering tijdens de kerstdiensten in de belangrijkste kerken in Leipzig, waaraan Bach destijds nauw verbonden was. Het werk is daarom vermoedelijk rond 1720 gecomponeerd.

In 1718-1719 bezocht Bach, Berlijn. De Pruisische prins, Christian Ludwig zu Brandenburg-Schwedt (foto), zoon van Friedrich Wilhelm, de Keurvorst van Brandenburg, vroeg Bach om wat instrumentale muziek. Twee jaar later, in de lente van 1721, bekwam Christian Ludwig de zes Concerti die we nu kennen als de “Brandenburgse Concerten”. Relativeer weliswaar de naam “Brandenburgse concerten”, want die benaming komt niet van Bach maar van Phillipp Spitta in zijn Bach biografie uit 1879. Concentreer u bij het luisteren op de blazers, vanuit Bachs eigen, Franse omschrijving uit 1721, “Six Concerts avec plusieurs instruments”.

Bach componeerde elk van de “Six Concerts avec plusieurs instruments” zoals hij ze omschreef, voor een specifieke bezetting, die overeenstemde met een bepaalde verklanking van beelden die in de barokke 18de eeuw typisch waren voor de muziek en de kunst in het algemeen. Het hier opgenomen Concert nr. 6 in Bes ten slotte is gecomponeerd voor 2 altviolen, 2 viola’s da gamba, cello en de continuo als ripieno. In dit concert contrasteren de 2 altviolen en een cello met een trio van de oudere instrumenten, 2 viola’s da gamba en een violone van het gamba-type. De vocale solisten in de Mis zijn Sybilla Rubens, sopraan, Stephanie Houtzeel, alt en Thomas Bauer, bas. De vocale solisten in de cantate zijn Deborah York (Bellona, sopraan), Annette Markert (Pallas, alt), Jörg Dürmüller (Irene, tenor) en Klaus Mertens (Fama, bas).

Tracklist:

Mass in F major, BWV 233 :

  1. I. Kyrie
  2. II. Gloria in excelsis Deo
  3. III. Domine Deus
  4. IV. Qui tollis peccata mundi
  5. V. Quoniam tu solus Sanctus
  6. VI. Cum Sancto Spiritu
  1. Pastorale in F major, BWV 590

Tonet, ihr Pauken! Erschallet, Trompeten!, BWV 214:

  1. Chorus: Tonet, ihr Pauken! Erschallet, Trompeten!
  2. II. Recitative (tenor): Heut ist der Tag
  3. III. Aria (soprano): Blast die wohlgegriffnen Floten
  4. IV. Recitative (soprano): Mein knallendes Metall
  5. V. Aria (alto): Fromme Musen! meine Glieder
  6. VI. Recitative (alto): Unsre Konigin im Lande
  7. VII. Aria (bass): Kron und Preis gekronter Damen
  8. VIII. Recitative (bass): So dringe in das weite Erdenrund
  9. IX. Chorus: Bluhet, ihr Linden in Sachsen, wie Zedern 

Brandenburg Concerto No.6 in B-flat major, BWV 1051:

  1. I. (no tempo indication)
  2. II. Adagio, ma non tanto
  3. III. Allegro

Johann Sebastian Bach Herreweghe Koopman cd Fra Bernardo FB2311653