In ‘De schilder en de prinses’ is hertog Filips van Bourgondië op zoek naar een geschikte bruid. Hij laat zijn keuze strategisch vallen op prinses Isabella van Portugal, in de hoop zo zijn eigen toekomst en de toekomst van zijn hertogdom veilig te stellen.

Jan van Eyck (ca.1390-1441) (vermoedelijk zelfportret) was in de 15^de eeuw een van de grootste vernieuwers die de schilderkunst ooit heeft gekend. Dankzij zijn oog voor detail en enorme technische vaardigheid oogsten zijn schilderijen tot op de dag van vandaag grote bewondering van kunstkenners en liefhebbers. Dat hij veel onderweg was, staat buiten kijf. In opdracht van de Bourgondische hertog Filips de Goede maakte hij nl. lange, geheime reizen. Die voerden hem waarschijnlijk naar het Heilig Land en in Portugal portretteerde hij de toekomstige echtgenote van Filips. De schilder was aanwezig tijdens het congres dat leidde tot de Vrede van Atrecht, woonde en werkte in het dan bruisend Brugge, maar verbleef o.a. ook in Den Haag, in Rijsel, en Hesdin in Noord-Frankrijk, en in Gent.

In oktober 1428 stuurde Filips de Goede (1396-1467) een delegatie naar het Portugese hof om over een huwelijk met Isabella te onderhandelen. Ook hofschilder Jan van Eyck was bij de onderhandelaars. Hij had nl. de opdracht om Isabella (1397-1471) te portretteren, maar dat bleek al snel geen eenvoudige opdracht. Eenmaal aangekomen in Portugal, ontdekte Van Eyck nl. dat de prinses niet bepaald een schoonheid was. Hij werd stevig onder druk gezet om de prinses zo fraai mogelijk af te beelden, aangezien de toekomst van het hertogdom in het geding was. Op 13 januari 1429 kreeg hij toestemming om twee portretten van Isabella te schilderen en er ontstond een bijzondere band tussen de schilder en de prinses…

Het resultaat – nu helaas verloren – werd de volgende maand over land en over zee naar Filips gestuurd. Op 4 juni vernam de delegatie dat Filips enthousiast was, waarna ze in de herfst met Isabella afreisden. Na een stormachtige reis kwam Isabella op kerstdag aan in Sluis. Het huwelijk werd er op 7 januari 1430 ingezegend in de Sint-Janskerk, waarna het per stoet naar Brugge ging voor een prachtig feest. Op 10 november 1433 beviel ze in Dijon van een zoon, Karel de Stoute. Een korte maar meeslepende, historische roman over de delicate missie van Jan van Eyck tegen het decor van het 15^de-eeuws hertogdom Bourgondië. Een aanrader.

De Nederlandse theoloog, PKN-predikant, publicist en romanschrijver, Frans Willem Verbaas (1962) werd in 1987 dominee. Sinds april 2014 is hij predikant in Heusden bij de Nederlands Hervormde gemeente. Verbaas was medewerker van het Friesch Dagblad en Hervormd Nederland en schrijft voor theologisch tijdschrift Interpretatie artikelen over het randgebied van theologie en literatuur. In 2005 won Verbaas de ND-verhalenwedstrijd met zijn verhaal De afrekening. In 2006 kwam zijn debuutroman Sneeuw in Afrika uit. Zijn tweede boek, Engelenwoede, is in 2007 verschenen. Naar aanleiding van de vijfhonderdste geboortedag van Johannes Calvijn schreef hij in 2009, “Heilig vuur”, een historische roman over Calvijn en zijn tijdgenoten. In 2015, verscheen “De vierde vrouw, bizarre lotgevallen van een tegendraads theoloog”, een historische roman over Karl Barth.

Frans Willem Verbaas De schilder en de prinses 94 bladz. uitg. KokBoekencentrum ISBN 9789029738286