Zestig jaar na haar spectaculair debuut als dichteres, verschijnt nu een gloednieuwe, allesomvattende biografie van Sylvia Plath (1932-1963). Met een rijkdom aan nieuwe bronnen, reconstrueerde Heather Clark, Plaths stormachtige ontwikkeling als dichteres en intellectueel. Een monument.Sylvia Plath leed gedurende haar gehele volwassen leven aan een bipolaire stoornis en worstelde met depressies. De ruwe contouren van het levensverhaal van deze Amerikaanse dichteres, romanschrijfster en essayiste, waren de stralende belofte die ze was, de dood van haar aanbeden vader toen ze 8 was, de gigantische ambitie en buitengewone volharding (in 1950, de zomer voordat Plath aan de universiteit begon en na meer dan 50 afwijzingen, accepteerde het tijdschrift “Seventeen” haar kortverhaal “And Summer Will Not Come Again”), de poging tot zelfmoord tijdens haar tijd bij Smith, de Fulbright naar Cambridge, waar ze de broeierig knappe dichter, Ted Hughes, uit Yorkshire ontmoette (‘mijn zwarte plunderaar’, zoals ze hem noemde), met wie ze spoedig trouwde, de geboorte van hun twee kinderen, Frieda en Nicholas, de vastberaden toewijding van het paar aan hun kunst, en de overtuiging over hun respectieve talent, gevolgd door de affaire van Hughes met Assia Wevill en Plath die zich in februari 1963 op 30-jarige leeftijd, van het leven beroofde tijdens de beroemde Londense koudste winter van de eeuw. In de tussenliggende decennia is ze een proteïsche figuur geworden, een embleem van verschillende dingen voor verschillende mensen, afhankelijk van hun standpunt, een visionair, een slachtoffer, een martelaar, een feministisch icoon, een schizofreen, een virago, een gevangene van het geslacht – of misschien wel een genie.Clark heeft haar biografie opgedeeld in drie delen, die elk een aanzienlijk deel van Plaths leven in beslag nemen en op hun beurt onderverdeeld zijn in hoofdstukken met titels die pittoresk of thematisch zijn. Vader Otto Plath was van Duitse afkomst. Hij was een toegewijd pacifist die in 1926 afstand deed van zijn Duitse staatsburgerschap, vertelt Clark, en hij keek met schroom naar Hitlers opkomst. Biologische aanwijzingen voor Plaths mentale problemen zouden kunnen zijn dat Otto’s moeder, Ernestine, door hem herinnerd als een ‘nogal melancholisch persoon’, in 1916 werd opgenomen in het vervallen Oregon Hospital for the Insane, voor depressie of mogelijk seniele dementie, waar ze drie jaar later, alleen en verwaarloosd door haar familie, overleed.Deze langverwachte nieuwe biografie, opgedeeld in drie delen, die zich richt op haar opmerkelijke literaire en intellectuele prestaties, terwijl ze de vrouw achter de lang gekoesterde mythen over haar leven en kunst herstelt, bevat een schat aan nooit eerder gebruikt materiaal, inclusief niet-gepubliceerde brieven en manuscripten, rechtbank, politie en psychiatrische gegevens en nieuwe interviews. Heather Clark brengt de briljante dochter van Wellesley in Massachusetts tot leven, die van jongs af aan poëtische ambitie had en een ervaren, gepubliceerde schrijver van gedichten en verhalen was, zelfs voor ze een ster-Engelse studente werd aan Smith College in de begin jaren ‘50.Rode komeet gaat over een leven in volledige toewijding, niet aan de dood maar aan de kunst. Clark beschrijft haar vroege relaties en vastberadenheid om geen conventionele vrouw en echtgenote te worden, haar tegenstrijdige banden met haar goedbedoelende weduwe, haar problemen door toedoen van een onverlichte sector van de geestelijke gezondheidszorg, haar Cambridge-jaren en haar donderslag-ontmoeting met Ted Hughes, een huwelijk van ware geesten die de koers van poëzie in het Engels zou veranderen. Clarks heldere portretten van Hughes, zijn geliefde Assia Wevill en andere gedemoniseerde spelers in de arena van Plaths zelfmoord, samen met verhelderende lezingen van de gedichten zelf, bevorderen een dieper begrip van haar laatste dagen.“Sylvia Plath”, zo lezen we, “zou tijdens haar leven geen grote literaire successen kennen. ‘The Colossus’ zou nauwelijks indruk maken op de Anglo-Amerikaanse poëziewereld. Maar nadat ze jarenlang onvermoeibaar haar roeping had gevolgd in een vak dat vijandig stond tegen vrouwen, had ze de deur geopend, niet alleen voor zichzelf, maar voor de vele tientallen, vrouwelijke dichters, die na haar kwamen. Plaths tweede bundel, ‘Ariel’, werd een bestseller, net als haar roman uit 1963. ‘The Bell Jar’, waar meer dan vier miljoen exemplaren van verkocht zouden worden. Ze zou in 1982 een postume Pulitzer Prize winnen voor haar ‘Collected Poems’ en wordt nu alom beschouwd als een van de meest innovatieve, volleerde en invloedrijke dichters van de 20ste eeuw. Toen ze in 1960 met Ted Hughes aan de champagne nipte, voorzag ze misschien nog niet hoe beroemd ze zou worden, maar ze wist dat haar luchtreis begonnen was. Haar leven zou daarna moeilijker worden, twee baby’s, een miskraam, vijandschappen, vreemdgaan. Ze zou ingesloten worden, de deur vergrendeld. Maar zelfs toen was schrijven haar redding, niet haar ondergang. Genesteld in het huis waar Yeats zijn jeugd had doorgebracht zou deze imkerdochter aan het eind van haar leven, de beroemde smeekbede van Yeats tot wederopbouw in de hallen van de verwoesting wel hebben begrepen”. Een monumentale biografie. “Red Comet, The Short Life and Blazing Art of Sylvia Plath” werd in het Nederlands vertaald door Aad Janssen, Astrid Staartjes, Bart Gravendaal, Marianne Palm, Nannie Plasman en Nicole Seegers.Heather Clark (foto) is hoogleraar Hedendaagse Poëzie is aan de Universiteit van Huddersfield. Ze geldt als dé kenner van het werk van Sylvia Plath, werd vele malen bekroond en schreef o.a. “The Grief of Influence: Sylvia Plath and Ted Hughes”.Heather Clark, Rode komeet, Het korte leven en de vlammende kunst van Sylvia Plath 1343 bladz. geïllustreerd Reeks Open domein Uitg. De Arbeiderspers ISBN 9789029542180