David Edmonds, “Die Ermordung des Professors Schlick, Der Wiener Kreis und die dunklen Jahre der Philosophie”, een uitgave van C.H. Beck

Op 22 juni 1936 werd Moritz Schlick neergeschoten in de Universiteit van Wenen. De moordenaar was een mentaal verwarde student, die de filosoof beschuldigde van het verspreiden van ‘joodse’ theorieën. In zijn boeiend boek beschrijft David Edmonds de onterecht verwaarloosde geschiedenis van de Wiener Kreis, een buitengewone groep filosofen met o.a. Wittgenstein, Neurath en Carnap, waar Schlick aan het hoofd van stond, en plaatst deze in de context van zijn tijd.Johann Nelboeck, een voormalige student van Schlick, schoot Moritz Schlick (1882-1936) (foto) dood op de trap van de universiteit. Sommige Oostenrijkse kranten verdedigden hem, terwijl Nelboeck zelf in de rechtbank betoogde dat zijn voormalige “Doktorvater”, een verraderlijke, joodse filosofie had gepropageerd. David Edmonds volgt de opkomst en ondergang van de Wiener Kreis, een invloedrijke groep briljante denkers onder leiding van Schlick en van een filosofische beweging die metafysica en pseudowetenschap probeerde af te schaffen in een stad die verduisterd werd door fascisme, antisemitisme en redeloosheid. Tot de leden van de Wiener Kreis behoorden Otto Neurath, Rudolf Carnap en de excentrieke logicus Kurt Goedel. Aan de rand behoorden er o.a. ook nog twee andere filosofische titanen van de 20ste eeuw toe, Ludwig Wittgenstein en Karl Popper.De Wiener Kreis verdedigde de filosofie van het logisch empirisme, die stelde dat slechts twee soorten proposities een cognitieve betekenis hebben, die welke door ervaring kunnen worden geverifieerd en die welke analytisch waar zijn. In 1929 publiceerden zij het manifest “Wissenschaftliche Weltauffassung. Der Wiener Kreis”. Een tijdlang was het de meest modieuze beweging in de filosofie. Maar bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was de groep ontbonden en waren bijna al haar leden gevlucht. Edmonds onthult waarom de Oostenrijks-fascisten en de nazi’s hun filosofie als een bedreiging zagen en schildert een onvergetelijk portret van de Wiener Kreis en haar leden, tegen de achtergrond van een economische catastrofe en het opkomend extremisme in Hitlers Europa.Een groep briljante en excentrieke denkers die metafysica en alle pseudowetenschappen met strikt logische argumenten wilden uitroeien, woonde in een stad waarvan het bruisend cultureel leven steeds meer verduisterd werd door fascisme, antisemitisme en blinde haat. De Wiener Kreis zou desondanks zeer invloedrijk worden in het denken van de 20ste eeuw. Dit boek presenteert de boeiende, spirituele wereld van Moritz Schlick, Otto Neurath, Kurt Gödel, Rudolf Carnap, Ludwig Wittgenstein en de jonge Karl Popper, en verbindt deze met een schitterend portret van de stad Wenen in de schaduw van de economische catastrofe en de opkomst van de nationaalsocialisten. De Kreis, die ooit de meest aantrekkelijke filosofische stroming van Europa was, zal er ook het slachtoffer van worden. Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog hield het voorgoed op te bestaan. Schlicks moordenaar, Hans of Johann Nelböck, overleed in 1954, in Wenen.De leden van de kring waren logisch empiristen, ook wel logisch positivisten genoemd. Positivisme is de opvatting dat onze kennis uit de natuurlijke wereld komt en dat we daaruit positieve inzichten putten. De Wiener Kreis combineerde deze positie met moderne logica met als doel om een nieuwe filosofie te stichten, een wetenschappelijke wereldopvatting en een eenheidswetenschap. De term logisch positivisme verscheen weliswaar pas in 1931 in een Amerikaans tijdschrift. Daarom gebuikt de auteur de term ‘logisch empirisme’. Logisch empirisme was vanaf het begin van de jaren ’30, een tijdlang de meest ambitieuze en modernste, filosofische stroming. Ondanks de latere kritiek van de Frankfurter Schule, die veel van de centrale principes in diskrediet bracht, is het belang ervan nog steeds aanwezig.Analytische filosofie, de dominante benadering in de filosofische faculteiten van de Anglo-Amerikaanse wereld met de nadruk op taalanalyse, zou zonder de Wiener Kreis niet bestaan in zijn huidige vorm. Leden van de kring hadden misschien niet alle antwoorden, maar ze stelden meestal de juiste vragen. Aan de basis van hun denken lagen Wittgensteins “Tractatus Logico-Philosophicus” (1921), en Carnaps “Der logische Aufbau der Welt” (1926). Het is ontstaan in een stad waar kunst, muziek en literatuur in gelijke mate floreerden. De Oostenrijkse hoofdstad staat dan ook centraal in dit boek. Als geboorteplaats van de moderniteit was het de thuisbasis van de psychoanalyse van Freud en de dodecafonie van Arnold Schönberg, van de publicist, Karl Kraus en de architect, Adolf Loos, de schrijver, Robert Musil, en de toneelschrijver, Arthur Schnitzler. De ideeën van de Wiener Kreis vormden een uniek kader voor hun vernieuwingen. “The Murder of Professor Schlick. The Rise and Fall of the Vienna Circle” werd in het Duits vertaald door Annabel Zettel.David Edmonds (°1964) (foto) studeerde aan de Universiteit van Oxford, promoveerde in de filosofie aan de Open Universiteit en heeft fellowships gehad aan de Universiteiten van Chicago en Michigan. Hij is de auteur van “Caste Wars: A Philosophy of Discrimination” en is coauteur met John Eidinow, van “Wittgenstein’s Poker: The Story of a Ten-Minute Argument Between Two Great Philosophers” en “Bobby Fischer Goes to War: How the Soviets Lost the Most Extraordinary Chess Match of All Time”.David Edmonds Der Wiener Kreis und die dunklen Jahre der Philosophie 352 bladz. Duits uitg. C.H. Beck ISBN 978-3-406-77409-6