“Rainer Maria Rilke, Verzamelde brieven”, vertaald en met een woord vooraf door, Jean Pierre Rawie, uitgegeven door Balans. Hemels mooi proza.

Rainer Maria Rilke noemde zijn brieven ‘het testament van zijn hele bestaan in verleden en toekomst’. In deze nieuwe uitgave, voor alle duidelijkheid, een selectie, werden de Brieven aan een jonge dichter, Brieven aan Benvenuta, Brieven aan een jonge vrouw, Brieven over God en Brieven aan Merline samengebracht.Rainer (eigenl. René) Maria Rilke werd geboren in 1875 in Praag en overleed in 1926 in het Valmont Sanatorium in Montreux in Zwitserland. Van Alma Mahler en de Tweede Weense School over Schreker, Hindemith en Frank Martin tot Rautavaara, Harrison Birtwistle en Piet Swerts, was Rilke is één van de meest getoonzette componisten van zijn tijd. Rilke was een reiziger. Hij doorkruiste Europa, bezocht Rusland en zeilde zelfs op de Nijl. En ondertussen ging hij een paar keer over en weer naar Venetië. Daar werden het San Marco plein en het Lido (foto), het Dogenpaleis en het Canal Grande zijn intieme vrienden. Hij bezocht de stad wel tien keer. De eerste keer in maart 1897, de laatste keer op 13 juli 1920. In 1907 was hij bv. een aantal dagen in Venetië waar hij logeerde bij kunsthandelaar Piero Romanelli. Hij werd er verliefd op diens zus Mimi (“Briefe an eine venezianische Freundin”).

Rilke hield zich sterk bezig met de thema’s die telkens weer actueel zijn, liefde, kunst, religie, reizen en ontheemd zijn in een snel veranderende wereld. In de loop der jaren is Rilke’s werk daarom voor veel mensen een raadgever geworden. De dichter zag vooral in de kunst een grote troost, en hij wist degenen aan wie hij zijn brieven schreef, aan vrienden en vriendinnen en aan mensen die advies bij hem zochten, nieuwe moed te geven. Zo correspondeerde hij in het Frans en in het Duits, o.a. met de schrijver en journalist, Franz Xaver Kappus (1883-1966) (“Briefe an einen jungen Dichter”), Auguste Rodin, aan Sidonie Nádherny von Borutin (foto), de Weense concertpianiste, Magda von Hattingberg (foto) (“Brieven aan Benvenuta”), Lisa Heise (“Brieven aan een jonge vrouw”), Thankmar (Freiherr) von Münchhausen, Ellen Key, de schilderes, Baladine Klossowska (foto), (de moeder van Balthus) (“Brieven aan Merline”), Marie von Thurn und Taxis, en aan zijn latere vrouw, de Duitse beeldhouwster en schilderes, Clara Westhoff (foto),

De periode van zijn kort huwelijk met Clara Westhoff, wordt effectief doorgaans beschouwd als Rilke’s eerste scheppingsperiode, de periode van de Neue Gedichte (1907), Der neuen Gedichte anderer Teil (1908), de beide Requiem-gedichten (1909), en de roman “Die Aufzeichnungen des Malte Laurids Brigge” (1904-1910). Na de voltooiing van deze roman, ontbrak het Rilke lang aan scheppingsvermogen, tot hij in februari 1922, de “Duineser Elegien” voltooide, waaraan hij al in 1912 begonnen was.Subtiel, meevoelend, erudiet, soms duister en ingewikkeld, lijken de brieven van Rilke uit een wereld te komen die niet meer bestaat. En toch vinden ze nog altijd hun weg naar de lezer. En, zoals de vertaler, de Nederlandse dichter, Jean Pierre Rawie (°1951) (foto) schrijft, “ze zijn de beste en meest beknopte inleiding tot de levensbeschouwing, de gedachtewereld en het werk van Rainer Maria Rilke.”

Rainer Maria Rilke Verzamelde brieven Met een woord vooraf van Jean Pierre Rawie 367 bladz. uitg. Balans ISBN 9789463822107