De 19de-eeuwse herontdekking van Bachs muziek, aangevoerd door Mendelssohn en vervolgens Schumann, zou later op de meest bekende wijze verder worden ontwikkeld door Ferruccio Busoni. Een andere sleutelfiguur was weliswaar de componist en organist, Joseph Rheinberger, wiens arrangement voor twee piano’s van de Goldbergvariaties werd gemaakt in het voorjaar van 1883. Terwijl hij opmerkte dat het werk ‘meer het voorwerp was geweest van theoretische waardering dan van muzikale uitvoering’, probeerde Rheinberger dit te verduidelijken. Om een levensvatbare Bach-Rheinberger-compositie te creëren voegde hij nl. waar hij het nodig achtte, nieuwe episoden van zichzelf toe aan de originele partituur…
Josef Rheinberger (1839-1901) (foto) was een uit Liechtenstein afkomstige, Beierse muziektheoreticus, muziekpedagoog en componist. Hij volgde zijn muziekopleiding in München, waar hij les kreeg van o.a. de legendarische Duitse componist, dirigent en organist, Franz Lachner (1803-1890) (foto). De broers Ignaz, Franz en Vinzenz Lachner (foto) waren allen componisten. De Duitse violist, organist, componist van strijkkwartetten en pianotrio’s, (met altviool in de plaats van cello), en dirigent, Ignaz (foto), was eerst organist in de hervormde kerk in Wenen en vervolgens werd hij violist in het orkest in het Hofoperntheater. Daarna werd hij muziekdirecteur in Stuttgart, kort erna in München, en vervolgens werd hij Kapellmeister in Hamburg (1853) en van het Stadttheater in Frankfurt am Main (1861). Gedurende de vijftiger jaren van de 19de eeuw, verdiende Rheinberger daar zijn levensonderhoud door het orgelspel. Rheinberger componeerde meer dan tweehonderd werken voor koor, orkest en solisten. Tot zijn bekender oeuvre behoren weliswaar zijn 20 unieke orgelsonaten.
Het verhaal over de slapeloze nachten van Graaf Hermann Karl von Keyserlingk (foto) en zijn klavecinist Johann Gottlieb Goldberg zal u wel kennen. Namelijk dat von Keyserlingk door de “Goldbergvariaties” “in seinen schlaflosen Nächten ein wenig aufgeheitert werden könnte”. Misschien is het u wel ontgaan dat Goldberg nauwelijks 29 jaar oud is geworden, en dat hij op 10-jarige leeftijd door de Russische gezant von Keyserlingk werd ontdekt.
Bachs “Goldbergvariaties” (1741) is een meesterwerk, waarmee hij tijdens het laatste decennium van zijn leven, hulde bracht aan de traditie van het contrapunt. In dit monumentaal werk, een “Aria mit verschiedenen Veränderungen”, realiseerde Bach een briljante synthese tussen het constructieve en het emotionele. Omstreeks 1740 noteerde Bach het thema als ‘Aria’ in het “Klavierbüchlein für Anna Magdalena Bach”. De baslijn van de beginmaten was identiek aan de ostinatobas van George Frederic Händels “Chaconne avec 62 variations”, die in 1703-1706 ontstond en in 1733 voor het eerst in Londen werd uitgegeven. Bachs 30 variaties vertonen een doordachte cyclische opbouw, gekoppeld aan virtuoze en expressieve, stilistische verscheidenheid. De variaties zijn overwegend drie of vierstemmig, met een heldere harmonische progressie en een brede melodische omvang.
Het werk zit vol mooie melodieën, canons en fuga’s. Sommige variaties zijn van oorsprong gezongen stukken, zoals de Aria of het Quodlibet. Gepubliceerd in 1741 als vierde deel van de “Clavier Übung”, streefde Bach naar een synthese tussen de eigentijdse Franse en Italiaanse stijlen. De Goldbergvariaties gaan uit van een baspatroon van 32 noten dat het hele werk door als basis terugkeert. De variaties zijn dus basso ostinato-variaties. Bach wisselde constant van maat, aantal stemmen, tempo, compositie- en speeltechniek, van genre, en van stijl en expressie. De structuur duidt, los van enige getallensymboliek, op eeuwige terugkeer of herhaling. Een soort beheerst en ingehouden perpetuum mobile, zonder eind. De muziek werkt bedwelmend en rustgevend en behoort tot de meesterwerken van het klavier. Bach componeerde de canons, met uitzondering misschien van de Canone alla Settima (variatie 21), waar hij het niet gepreciseerd heeft, oorspronkelijk voor één manuaal, terwijl de meeste overige variaties voor twee manualen bedoeld waren. Twee manualen betekende feitelijk een duo en dus een rijkere polyfonie en een vollere klank.
De niet-canonische variaties zijn alle in een bepaalde vorm gecomponeerd, Polonaise (Variatie 1), Triosonate in de zin van deze van Corelli (Variatie 2), Passepied (Variatie 4), Gigue (Variatie 7 & 11), Fughetta (Variatie 10), Aria (im Stile monodico) (Variatie 13), Französische Ouverture (Variatie 16), Menuett (Variatie 19), Lamento (Variatie 21 en Variatie 25), Sarabande (Variatie 26), Toccata (Variatie 29), Quodlibet (Variatie 30). Met dit laatste bedoelde Sebastian een combinatie van fragmenten van bestaande volksliedmelodieën, hier meer bepaald “Ich bin so lang nicht bei dir gewest” en “Kraut und Rüben haben mich vertrieben”. Deze laatste melodie was in Bachs tijd populair en was overigens reeds gevarieerd door Frescobaldi, Buxtehude en Scheidt.
Sinds het begin van de 19de eeuw zijn er talloze bewerkingen en arrangementen gemaakt van Bachs Goldbergvariaties. Het werk is duidelijk geschreven voor een toetsinstrument, maar de contrapuntische schrijfwijze maakt het zeer aantrekkelijk voor uitvoeringen met instrumentale en zelfs vocale ensembles. De variaties zijn overwegend drie of vierstemmig, met een heldere harmonische progressie en een melodische omvang die geschikt is voor de meeste instrumenten. Het werk zit vol mooie melodieën, canons en fuga’s. Sommige variaties zijn van oorsprong gezongen stukken, zoals de Aria of het Quodlibet, andere variaties vragen er bijna om, om gezongen te worden.
Bachs buitengewone 30 variaties werden meerdere malen gearrangeerd, maar niemand heeft zich tot nu toe kunnen voorstellen hoe Bach zelf de Goldbergs zou hebben omgevormd tot een instrumentaal ensemble, in de lijn van zijn muziek. Door gebruik te maken van een verscheidenheid aan instrumentale combinaties van een typisch Bach-ensemble met enkele strijkers, hobo, fluit, fagot en klavecimbel, verlichten deze nieuw vervaardigde Goldbergs de verschillende genres die tot uiting komen in Bachs partituur. Van aria tot ouverture, van fuga tot triosonate, en van concerto tot quodlibet, transformeren de variaties de luisterervaring van het hedendaagse publiek.
Bach-Rheinberger The Goldberg Variations arranged for two pianos Elena Valentini, Matteo Liva cd Dynamic CDS8002