William Alwyns opera, “Miss Julie”, op het label Chandos. Eerherstel en een ontdekking.

Anna Patalong en Benedict Nelson zingen de hoofdrol in de opera uit 1977 van de Engelse componist, gebaseerd op Strindbergs naturalistisch drama, “Freule Julie”, uit 1888. Het BBC Symphony Orchestra wordt gedirigeerd door Sakari Oramo.

William Alwyn (1905-1985), een Engelse componist, fluitist en leraar, componeerde in een tonale, laatromantische, virtuoze stijl. Zijn tweede vrouw, Doreen Carwithen (1922-2003) (foto) was ook componiste en fungeerde als Alwyns assistente sinds hun huwelijk in 1961. Sinds Alwyns overlijden bekommerde zij zich om het William Alwyn Archive en was onder meer de drijvende kracht achter de complete opname van Alwyns orkestmuziek op het Engels cd-label Chandos. Zijn muziek, gedichten, geschriften en schilderijen zijn door haar ondergebracht in de William Alwyn Foundation.

Ook bewerkte zij Alwyns tweede pianoconcerto voor uitvoering. Dit concerto, gecomponeerd voor de ‘Henry Wood Promenade Concerts’ in 1960, was nooit gespeeld omdat de Nederlandse pianist Cor de Groot vlak voor de première door een spieraandoening de beheersing van zijn linkerhand verloor. Alwyn componeerde van 1941 tot 1962 de muziek voor meer dan 70 films, o.a. “Odd Man Out”, “Desert Victory”, “Fires Were Started”, “The History of Mr. Polly”, “The Fallen Idol”, “The Black Tent”, “The Way Ahead”, “The True Glory” en “The Crimson Pirate”.

“Miss Julie”, een opera in twee bedrijven, was zijn tweede en laatste opera. Zijn eerste opera was “The Libertine” uit 1965-1971. Alwyn baseerde zijn opera op het toneelstuk Miss Julie uit 1888 van de Zweedse toneelschrijver, August Strindberg (foto). De opera ging in première als een uitzending van een studio-opname gemaakt in februari 1977 in het stadhuis van Brent. Miss Julie (Frøken Julie) is echter in de vergetelheid geraakt sinds de uitzending. De eerste productie was in 1992 in het Ballerup Theater in Kopenhagen, door Opera-Fabrikken. De eerste Britse productie was op het Norwich Triennial Festival in oktober 1997. Het BBC Symphony Orchestra voerde de opera uit in een semi-geënsceneerde concertvoorstelling in het Barbican Centre in oktober 2019.

Miss Julie was het laatste grootschalig werk van Alwyn (foto), gecomponeerd in 1973-1976. Het naturalistisch drama en de levensechte karakters van dat stuk bevielen Alwyn van jongs af aan – in feite probeerde hij eerder in de jaren vijftig een opera over Miss Julie te componeren. Die poging mislukte vanwege verschillen met zijn toenmalige librettist, Christopher Hassall. Alwyn was van mening dat in opera de handeling voor zichzelf moest spreken, aria’s een dramatisch doel zouden moeten dienen (in tegenstelling tot pure vocale vertoning), personages voor elkaar moesten zingen en niet voor het publiek, ensembles moesten worden geminimaliseerd en de tekst ingesteld op vocale lijnen die natuurlijke spraakpatronen weerspiegelen. Deze opvattingen werden gedestilleerd over zijn uitgebreide carrière als filmcomponist, die hem leerde dat muziek meer kon doen dan karakterisering vastleggen, stemming suggereren en de sfeer verhogen: in sommige gevallen kon het ook de onuitgesproken gedachten van een personage op het scherm overbrengen. Sakari Oramo en het BBC Symphony Orchestra steunen een uitstekende cast met Anna Patalong in de titelrol in deze veelgeprezen heropleving van Alwyns verwaarloosd meesterwerk.

Julie is de dochter van een graaf. Op het midzomerfeest mengt ze zich onder het gewone volk. Ze brengt de nacht door met Jean, een huisknecht van haar vader. Jean maakt aanvankelijk bezwaar tegen het standsverschil, maar stemt dan toch in. Als de graaf weer thuiskomt, pleegt Julie zelfmoord uit schaamte.

Alwyns briljante realisatie van Strindbergs claustrofobische, oververhitte drama over de rampzalige midzomerdame van een vrouw van het landhuis met de bediende van haar vader is boeiend en vaak opvallend origineel. De opera speelt zich af op het landgoed van een Zweedse graaf. Het is midzomeravond, een nacht waarin, volgens heidense overlevering, de intense noordelijke zomer mensen bedwelmt en tot waanzin drijft. De dochter van de graaf, Miss Julie, is even koket als snobistisch en verschijnt op het podium om Jean te verleiden met haar te dansen en hem te bevelen haar voet te kussen. Jean maakt duidelijk dat hij met Kristin heeft geslapen, waardoor hij een onuitgesproken, gespannen verwachting in hun gesprek introduceert.

De hypnotiserende sfeer van Midsummer’s waanzin voedt een koortsachtig verlangen dat Jean en Julie naar een slaapkamer drijft. Ze delen een nacht vol passie, maar vervolgens voelen Jean en Julie respectievelijk alleen vijandige bitterheid en schuldige wanhoop. Als hun verbinding wordt ontdekt, verliest hij zijn levensonderhoud en verliest zij haar reputatie. Hun plannen om naar de Zwitserse meren te vluchten om een hotel te runnen, worden bemoeilijkt door Julie’s schaamte en seksualiteit, en uiteindelijk gedwarsboomd door de terugkeer van haar vader. Jean, die niet in staat is zijn dienstplicht te ontkennen en ervan af te zien, volgt de bevelen van de graaf op en dwingt Julie koel naar haar noodlottig einde.

Subtiele verwijzingen naar meesterwerken uit het begin van de 20ste eeuw zijn er in overvloed. In de openingsscène, terwijl de bediende Jean zich beklaagt over het ongepast gedrag van zijn minnares tijdens de midzomerdans die buiten het podium plaatsvindt, staat de sfeer van feestvreugde op het hoogtepunt. Nadat de seksuele spanning boven/beneden aan het einde van de eerste akte tot een hoogtepunt komt, komt het gevoel van sluipend ongemak en onheil. Datzelfde motief baant zich een weg door de sombere slotscène, terwijl Jean zijn afgedankte geliefde passievol haar enige ontsnappingsroute aanbiedt om haar eigen leven te beroven, een scheermes in het origineel van Strindberg, maar in de opera, een drankje dat is gebrouwd om het libido te beheersen.

Het verfijnd resultaat bezit een onmiskenbare spanning en dramatische potentie. De uitvoering zelf straalt een duidelijke overtuiging uit. Anna Patalong schetst in een onrustige, aarzelende Miss Julie, terwijl Benedict Nelson krachtig aanwezig is als de oppervlakkig goedmoedige bediende. Het BBC Symphony Orchestra is onfeilbaar en Sakari Oramo baant zich een veilige weg uit de bedwelmende, verhitte emotionele wereld van de partituur. Er is een gespannen, obsessieve inslag in de muziek en alles wordt goed gezongen door de twee hoofdrolspelers, Anna Patalong en Benedict Nelson. Patalong is een charismatische Julie, die haar neurotische, hoekige lijnen aflevert met voorgevoelens van suïcidale hysterie, en Benedict Nelson (foto) als Jean, zingt met kristalheldere dictie.

Alwyns gaven als filmcomponist vertaalden zich duidelijk op een indrukwekkende manier naar opera. De artiesten vangen de huiveringwekkende directheid van het werk, afwisselend gek, romantisch en louche, vol dissonante wals en wulpse orkestratie. De tragische relatie tussen Patalongs vurige Miss Julie en Nelsels Jean, de bediende, wordt op een winnende manier overgebracht. Elk woord van het Engels libretto is duidelijk. Het dynamische account van Oramo knettert met het soort elektriciteit dat gewoonlijk wordt geassocieerd met authentieke liveoptredens. Anna Patalongs is psychologisch eerlijk en overtuigend en Nelson speelt en zingt de bediende Jean met een brutale autoriteit. Een aanrader.

Rolverdeling :

Miss Julie – Anna Patalong

Jean – Benedict Nelson

Ulrik – Samuel Sakker

Kristin – Rosie Aldridge

Alwyn Miss Julie Anna Patalong soprano Rosie Aldridge mezzo-soprano Samuel Sakker tenor Benedict Nelson bass-baritone BBC Symphony Orchestra Sakari Oramo Chandos CHSA 5253(2)

https://www.stretto.be/2019/03/23/live-opname-van-het-pianoconcerto-van-ferruccio-busoni-door-pianist-kirill-gerstein-men-of-the-tanglewood-festival-chorus-en-het-boston-symphony-orchestra-o-l-v-sakari-oramo-op-het-label-myrios/