De Roemeense componist George Enescu/Enesco (1881-1955), was één van de begaafdste musici van de 20ste eeuw. Hij was een begenadigd violist en componist, een vooraanstaande dirigent, een volwaardige pianist en cellist, maar vooral ook, een beroemde vioolleraar. Ontdek op deze cd zijn Pianokwintet in D, Roemeense Rapsodie nr. 1, Prélude & Gavotte, Aubade in C en zijn Pastorale, Menuet triste et Nocturne, alle gecomponeerd tussen 1896 en 1901.
Het Nationaal George Enescu Museum is gevestigd in het Cantacuzino Paleis (foto) in Boekarest. Het Paleis is gebouwd in 1901, door Gheorghe Grigore Cantacuzino (foto). Na het overlijden van Cantacuzino in 1913, werd het paleis nagelaten aan zijn zoon Mihail G. Cantacuzino (1867-1928) en zijn vrouw, Maria (Maruca) Tescanu Rosetti (1879-1968), een hofdame van de artistieke koningin, Marie Alexandra Victoria van Edinburgh (foto) (een kleindochter van koningin Victoria), de gemalin van de Roemeense koning, Ferdinand Victor Albert Meinrad van Hohenzollern-Sigmaringen (foto).
Ferdinand was de zoon van Leopold van Hohenzollern-Sigmaringen, die in rivaliteit met Amadeus van Savoie, aanspraak maakte op de Spaanse troon, wat de directe aanleiding was geweest tot de Frans-Duitse Oorlog (19 juli 1870 tot 10 mei 1871), een gewapend conflict tussen Frankrijk en een door Pruisen aangevoerde coalitie van de Noord-Duitse Bond en een aantal Zuid-Duitse koninkrijken. Het eindresultaat was een overwinning voor Pruisen en zijn bondgenoten, wat leidde tot de val van het Tweede Franse Keizerrijk en de afzetting van de Franse keizer Napoleon III, en de oprichting van het Duits Keizerrijk.
Na het overlijden van Mihail G. Cantacuzino, hertrouwde Maria in 1937, met George Enescu. Na het overlijden van George Enescu, doneerde Maria het paleis om er een museum in te richten met herinneringen aan het leven van George Enescu. In 1956, werd het museum geopend. In het museum zijn een aantal kamers met vele werken van Enescu en de geschiedenis van zijn leven. Achter het museum ligt ”The house of memory”. Daar kan u een kijkje nemen in het huis waar George Enescu en zijn vrouw Maria, een aantal jaren hebben gewoond.
George Enescu kreeg zijn eerste vioollessen van een zigeunerviolist. Op advies van Eduard Caudella, leerling van Vieuxtemps en toen de meest vooraanstaande Roemeense componist, ging hij in 1888 naar het conservatorium in Wenen, waar hij viool studeerde bij Joseph Hellmesberger jr en lessen contrapunt en compositie volgde bij Robert Fuchs. In 1893 ging hij naar Parijs om compositielessen te volgen bij Jules Massenet en vervolgens bij Gabriel Fauré aan het Conservatorium, waar hij contrapunt en fuga studeerde bij André Gédalge en viool bij Martin Pierre Marsick. In 1897, werd in Parijs een programma met zijn muziek gegeven en in 1899, toen hij de eerste prijs viool aan het conservatorium won, was hij op weg om een gevestigde waarde als componist te worden.
“George Enescu” is nu een gemeente in de provincie Botoşani in Roemenië. Het bestaat uit de dorpen Arborea, Dumeni, George Enescu (Liveni), Popeni en Stânca. De gemeente is zo genoemd omdat George Enescu in het dorp Liveni, werd geboren. Na zijn overlijden kreeg het dorp zijn naam. Enescu was de vioolleraar van o.a. Yehudi Menuhin, Christian Ferras, Ivry Gitlis, Arthur Grumiaux, Serge Blanc en Ida Haendel.
George Enescu begon kort voor het einde van de 19de eeuw in Parijs te componeren, maar pas de laatste jaren zijn enkele van deze partituren weer opgedoken. Enescu’s voorliefde voor ongebruikelijke instrumentale combinaties kwam tot uiting in de Prélude et Gavotte voor viool, cello en twee piano’s en de Pastorale, Menuet triste et Nocturne voor viool en piano vierhandig. Aubade is Enescu’s enige strijktrio, en de populaire Roemeense Rapsodie nr. 1 in een bewerking voor piano en strijkkwintet, van Jacques Enoch uit 1957, sluit het programma af.
Het Pianokwintet in D was een van zijn vroegste composities. Gecomponeerd in 1896, op vijftienjarige leeftijd, tijdens zijn studie aan het conservatorium van Parijs, werd hij geïnspireerd door de kamermuziekwerken van Brahms. Enescu bekende overigens zelf de enorme invloed van Brahms op zijn ontwikkeling: “de God van mijn jeugdige aanbidding was Brahms en ik schreef mijn vroege werken in de stijl van de onsterfelijke Johannes op een bijna flagrante manier”. Het kwintet ging in 1897, in première tijdens Enescu’s eerste recital van zijn eigen werken in Parijs op zestienjarige leeftijd. Massenet en Cortot zaten in het publiek.
De Roemeense equivalenten van Lizsts Hongaarse Rhapsodieën, werden gecomponeerd in Parijs in 1901-1902. De Rapsodie No. 1. in A, gebaseerd op een melodie die de Romani violist Lae Chioru, Enescu’s eerste vioolleraar, altijd speelde, en de meest populaire is van de twee, was even briljant als extravert. Door zijn joie de vivre als verklanking van Enescu’s warm nationaal temperament, was ze vooral beroemd door de imitatie, in de laatste beweging, van het lied van de leeuwerik (“Ciocirlia”), er aan herinnerend dat de Roemeense (Romani) volksmuzikanten uitstekend waren in de kunst van het reproduceren van dergelijke geluiden.
Het Fine Arts Quartet werd in 1946, opgericht in Chicago. De gerenommeerde violisten van het kwartet, Ralph Evans (prijswinnaar van de Internationale Tsjaikovski-wedstrijd) en Efim Boico (voormalig concertmeester van het Orchestre de Paris onder leiding van Barenboim) treden al bijna 40 jaar samen op. Ze worden vergezeld door de altviolist Gil Sharon (oprichter van het Amati Ensemble) en de cellist Niklas Schmidt (medeoprichter van het Trio Fontenay).
Bassist Alexander Bickard is thuis in orkest-, kamer- en solospel. Hij is assistent-solo bas van de New Jersey Symphony, eerste bas van Opera Philadelphia, waarnemend eerste bas van het Santa Fe Opera Orchestra, en treedt regelmatig op met de Metropolitan Opera, New York Philharmonic en The Philadelphia Orchestra. Op 19-jarige leeftijd maakte Bickard zijn solodebuut in de Alice Tully Hall in Lincoln Center na het winnen van The Juilliard School Double Bass Concerto Competition. Bickard behaalde zowel zijn bachelor- als masterdiploma aan The Juilliard School, ontving de Kovner Fellowship en studeerde bij Eugene Levinson en Timothy Cobb.
De pianiste Gisele Nacif Witkowski, geboren in Brazilië, werkte samen met verschillende kamerorkesten, waaronder het São Paulo City String Quartet, het Fine Arts Quartet en het Amerigo Trio, en treedt regelmatig op met haar man, pianist Fabio Witkowski, als het Witkowski Piano Duo. Witkowski behaalde haar bachelor diploma aan het Santa Marcelina College in Brazilië en haar masterdiploma aan de Manhattan School of Music, en behaalde een doctoraat aan The Hartt School of Music. Ze is momenteel lid van de pianofaculteit van The Hotchkiss School in Connecticut, waar ze ook de zomermuziekfestivals in Connecticut en Spanje leidt.
Haar echtgenoot, de Braziliaanse pianist Fabio Witkowski treedt regelmatig op in Noord- en Zuid-Amerika, Azië en Europa, zowel als solist of als kamermusicus. Hij werkte samen met de Emerson, Guarneri en Fine Arts String Quartets, het Amerigo Trio, cellist Robert deMaine en pianist Gisele Witkowski, naast de orkesten van Hartford, Denver, Santo André, São Bernardo, São Paulo, Florence en de Thüringer Symphoniker. Hij trad op op de muziekfestivals van Belém, Ourinhos en Londrina in Brazilië, het Amalfi Coast Music and Arts Festival in Italië, het Wintergreen Music Festival in de Verenigde Staten en het Granada Festival in Spanje. Hij is hoofd van het muziekprogramma van The Hotchkiss School en leidt de zomerfestivals in Connecticut en Madrid. Witkowski is jurylid bij verschillende internationale pianowedstrijden, waaronder de Ferrol en Compositores de España wedstrijden in Spanje en de MozArte Competition in Duitsland.
George Enescu Early Chamber Music Fine Arts Quartet, Alexander Bickard, Double bass, Gisele Witkowki, Fabio Witkowki, Piano cd Naxos 8.574487