“Philippus de Monte, Madrigali spirituali”, door Cappella Mariana o.l.v. Vojtěch Semerád, op het label Passacaille. Hemels!

Programma | In Monte Sioneum

Programma | In Monte Sioneum

Philippus de Monte (1521-1603), een belangrijke figuur in de muziek tijdens de renaissance, werd weliswaar in Mechelen geboren, maar vestigde zich al snel in Napels en in Rome, en vervolgens als kapelmeester aan het Habsburgse hof in Wenen. Hij overleed in Praag en componeerde wel veertig missen, 250 motetten en meer dan 800 madrigalen. Op het programma staan naast religieuze madrigalen van De Monte, gecomponeerd tussen 1581 en 1589, madrigalen van Costanzo Porta, Cipriano de Rore, Pietro Vinci en Luca Marenzio.

De Vlaamse renaissancemeester Philippus de Monte was een van de grootste componisten van zijn generatie. Vijfendertig jaar bekleedde hij de prestigieuze positie van Hofkapellmeister aan het keizerlijk hof, eerst in Wenen en daarna in Praag. Hij componeerde meer muziek dan enige andere componist in de tweede helft van de 16de eeuw en produceerde bijna achthonderd werken. Deze omvatten seculiere en heilige madrigalen, veertig chansons, veertig missen, tweehonderdvijftig motetten en een handvol andere heilige werken. Zijn composities werden gepubliceerd en verspreid in alle belangrijke muzikale centra van Europa.

Het madrigaal, gecomponeerd voor het hof en andere opdrachtgevers, was in de overgang van de renaissance naar de vroeg barok, het ultiem wereldlijk lied. Het genre bereikte zijn hoogtepunt met de technische en expressieve innovaties in de opeenvolgende boeken met madrigalen van Claudio Monteverdi. Het madrigaal was in de renaissance een vier- tot zes stemmige a capella-compositie op een wereldlijke tekst. Na 1550 ontwikkelde het madrigaal zich meer polyfoon en imiterend en was er een toename van chromatiek. Het was de tijd van Willaert, de Rore, Andrea Gabrieli, Orlando di Lasso, de Monte en Palestrina. Na 1580 vindt men in de muziek van Luca Marenzio, Gesualdo en Monteverdi, meer de combinatie van het solo-madrigaal en monodie met basso continuo, en lag het accent op chromatiek (cfr. Caccini en de Wert).

Luca Marenzio (ca.1553-1599) was de briljante vertegenwoordiger van de sublieme madrigaalkunst in de laatste twintig jaar van de 16de eeuw. Terwijl de stijl van zijn vroeg werk eerder licht, en transparant was, evolueerde Marenzio later naar meer complexiteit en introspectie, waardoor hij de meest emblematische, muzikale exponent werd van de melancholie van de late Renaissance. Marenzio werkte in dienst van verschillende aristocratische Italiaanse families, onder wie Gonzaga, Este en Medici, en bracht het grootste deel van zijn carrière door in Rome. Hij produceerde tussen 1580 en 1589, wel zeventien boeken madrigalen, waaronder enkele van de meest expressieve, gevarieerde en belangrijkste werken uit het gehele madrigalen repertoire. Luca Marenzio was erg invloedrijk op componisten in Italië, maar ook in de rest van Europa, vooral in Engeland, aangezien zijn madrigalen uit de jaren 1580 tot de favorieten behoorden van Engelse componisten, die van zijn techniek van woordschilderkunst, textuurcontrast en chromatiek, een Engels idioom maakten.Cyprien de Rore — Wikipédia

Na een vermoedelijk verblijf in Venetië in de kring van Willaert, was Cipriano de Rore (1515-1565) kapelmeester aan het hof van Ercole II d’Este, hertog van Ferrara. Tussen 1560 en 1563 was hij in dienst van Margaretha van Parma in Brussel en van haar echtgenoot Ottaviano Farnese in Parma en zou vervolgens opvolger geweest zijn van Willaert als kapelmeester aan de San Marco in Venetië. Hij was opnieuw in dienst van Farnese in Parma tot zijn overlijden in Parma in september 1565. Cypriano de Rore was een representatieve vertegenwoordiger van de generatie Nederlandse polyfonisten na Josquin, aanwezig in Italië (tussen 1542 en 1546 was hij bv. in Brescia), die bepalend was voor de ontwikkeling van de muziek van de late Renaissance. De Rore was met name ook een van de meest vooraanstaande componisten van Italiaanse madrigalen.

De Cappella Mariana, een ensemble onder leiding van Vojtěch Semerád, raakte geïnteresseerd in de madrigali spirituali van het eerste en tweede boek (1581-1589). Het spirituele madrigaal dat onder meer door Marenzio, Palestrina en Lassus werd beoefend, gebruikte dezelfde expressieve technieken als zijn seculiere tegenhanger: muziek zo dicht mogelijk bij de tekst. De Monte gebruikte hiervoor vele figuralismen en expressieve en ritmische nuances met behoud van het religieus aspect, met name in de madrigalen op de sonnetten aan de Maagd Maria van de dichteres Vittoria Colonna die verwezen naar de poëzie van Petrarca of de “Padre nostro a del ciel” die de kruisiging van Jezus beschreef.

Vojtěch Semerád (1984) studeerde altviool aan het Praags Conservatorium. Na zijn studies barokviool in Parijs, aan het Conservatoire national supérieur de musique et de danse bij François Fernandez, heeft hij zich toegelegd op het barokrepertoire en trad hij op met een aantal historische ensembles in Tsjechië en in het buitenland. In 2011 was hij finalist van de prestigieuze Telemann-Wettbewerb in Magdeburg. Als lid van ensemble Collegium Marianum trad hij op onder leiding van Andrew Parrot, Peter Kooij, Sergio Azzolini en Benjamin Lazar. Hij heeft concerten gegeven op prestigieuze festivals in heel Europa, zoals Tage Alter Musik Regensburg, Bachfest Leipzig, Centre de Musique Baroque de Versailles en Pražské Jaro.

Als solist en kamermuziekspeler was hij te zien op prestigieuze podia en festivals in heel Europa, waaronder Théâtre des Champs-Élysées, Palau de la Música Barcelona, De Doelen Rotterdam, Tage Alter Musik Regensburg, Bachfest Leipzig en Prague Spring. Hij werkt regelmatig samen met ensembles als Le Poème Harmonique, Les Folies Françoises en Les Agrémens. Hij nam deel aan opnames voor Deutsche Gramophon, Naïve en het Tsjechische label Supraphon, en zijn optredens werden uitgezonden op de Tsjechische TV en de Tsjechische Radio. Na zijn universitaire studie in Praag, waar hij zich specialiseerde in koorzang van kerkmuziek, studeerde hij gregoriaans bij Louis-Marie Vigne in Parijs en vervolgde hij met post-graduaatstudies aan het Pontificio Istituto di Musica Sacra in Rome. In 2008 richtte hij Cappella Mariana op, een uniek vocaal ensemble in Tsjechië gespecialiseerd in de muziek van de renaissancepolyfonie. Naast concertactiviteiten in binnen- en buitenland organiseert Cappella Mariana de vaste concertcyclus Lenten Fridays.

Tracklist:

-Philippus De Monte:

Il primo libro de madrigali a 5 voci (1581) Calto consiglio alhor

Perche non la lego

Un foco sol la Donna

Cangiar obietto

Quando il turbato mar

E se talhor la barca

S’el breve suon

philippe de monte – Seznam.cz

-Costanzo Porta : Che fia, quando udira (Il primo libro de madrigali a 4 voci, 1555)

Vorrei l’orecchia haver

Amor alza le voci

Signor chi n’esporra

O pur perché dobbiam

Philippe de Monte - Missa sine Nomine - YouTube

Il primo libro de madrigali a 6 voci (1583)

-Cipriano de Rore : Vergine pura (Il terzo libro di madrigali a 5 voci. 1548)

Vergine pura

Stella del nostro marVierdaags festival ter ere van componist Philippus De Monte - Groen Mechelen

-Philippus De Monte : Il secondo fibro de madrigali a 6 et 7 voci (1589)

Padre nostro e del Ciel

Dal fermo stato

Signor cui gia fu poco

Signor la nocte e’l giorno

Signor cui piacque ornare

La bella DonnaLa Bella Simonetta ritratto di donna dipinto, ca 1485 - ca 1485

-Pietro Vinci : La bella Donna (Quattordici sonetti spirituali, 1580)

-Luca Marenzio : Signor gia cui fu poco (Madrigali spirituali, 1584)

Quanta gioia

Le 6 donne più belle della storia dell'arte - TARTAGLIA ARTE

De uitvoerders (Cappella Mariana) zijn Barbora Kabatkova, Pavla Radostova, Michaela Riener, sopraan, Ondrej Holub, Adriaan De Koster, Tomas Lajtkep, tenor, Joel Frederiksen, Jaromir Nosek, bas en Vojtěch Semerád, tenor en directie.

Philippus de Monte Madrigali spirituali Cappella Mariana Vojtěch Semerád cd Passacaille PAS1143