De beide Klarinetsonates markeerden het einde en misschien wel het hoogtepunt van Brahms’ kamermuziekproductie. Hun zachtheid, sierlijkheid en innemende tederheid gingen samen met de schemering van hun ontwapenende eenvoud. Ontdek ze op deze cd allebei in prachtige arrangementen voor klarinet en orkest van Stephan Koncz. Niet te missen!
Brahms had nog maar net besloten niet meer te componeren toen hij de klarinettist Richard Mühlfeld (samen op de foto) het Klarinetconcerto van Mozart hoorde spelen en geïnspireerd werd om verschillende kamermuziekwerken voor hem te componeren, waaronder een Trio voor piano, klarinet en cello in la-klein op. 114. Brahms had Mühlfeld reeds horen spelen wanneer het orkest van Meiningen onder leiding stond van Hans von Bülow. Het was weliswaar de opvolger van von Bülow, Fritz Steinbach, die in maart 1891, de aandacht trok van Brahms op het spel van die uitzonderlijke klarinettist. Diens spel maakte op hem een danig diepe indruk dat hij alle technische mogelijkheden van het instrument wilde leren kennen.
Zo bracht Brahms vele uren bij Mühlfeld thuis door om zoveel mogelijk diens oefeningen op zijn instrument te kunnen volgen. Maar Mühlfeld spoorde Brahms ook aan om voor de klarinet nieuwe composities te schrijven. Brahms was danig enthousiast dat hij in de zomer van dat jaar in Bad Ischl, voor Mühlfeld meteen twee werken componeerde, een Trio, op. 114 en het beeldschoon Kwintet op. 115. Brahms zou daar in 1894, nog twee klarinetsonaten op. 120 aan toevoegen. Beide klarinetsonaten werden door Mühlfeld en met Brahms aan de piano, op één jaar tijd, wel op twintig verschillende concerten uitgevoerd.
De hier opgenomen, sublieme arrangementen geven blijk van een verbluffende kennis van de componeerstijl van Johannes Brahms. Stephan Koncz (foto) is immers als gewezen cellist van de Wiener Philharmoniker en nu van de Berliner Philharmoniker, door de vele topuitvoeringen van de symfonische kunst van Brahms door twee van de allerbeste orkesten ter wereld, erg vertrouwd met de melodische, harmonische en orkestrale schriftuur van de genereuze, symfonische kunst van Johannes Brahms. Voortaan is dankzij Stephan Koncz, het orkestwerk van Brahms als het ware verrijkt met 2 nieuwe concerti, die daarnaast zeker, maar dan ook zeker, op het standaardrepertoire van de klarinet moeten komen.
Naast de buitengewone arrangementen voor orkest van Brahms’ 2 Klarinetsonates door Stephan Koncz, ontdekt u op deze bijzondere cd het Kwartet voor piano, klarinet, viool en cello in Es op. 1 van de in Wenen geboren, Walter Rabl (1873-1940) (foto), een tegenwoordig grotendeels vergeten, Oostenrijkse componist. Rabl, een dirigent en docent vocale muziek, heeft slechts een klein aantal werken nagelaten, allemaal vroege werken, uit de nadagen van de romantiek in de traditie van Brahms en Schumann.
Op 30-jarige leeftijd stopte hij na de voltooiing van zijn Wagneriaanse opera “Liane” in 1903, volledig met componeren en wijdde hij zich de rest van zijn leven aan dirigeren, o.a. als Generalmusikdirektor van het Stadttheater in Maagdenburg (foto), en zangpedagogie aan de opera in Dresden. In 1905, trouwde hij met de sopraan Hermine von Kriesten, die belangrijke “jugendlich-dramatischen” en “hochdramatischen” rollen zoals Brünnhilde, Rachel (in “La Juive” van Halévy) en Elektra zong.
Zijn hier opgenomen Kwartet in Es op.1 won in 1896, de eerste prijs in een prestigieuze wedstrijd voor jonge componisten, gesponsord door de in 1772 opgerichte, Weense “Tonkünstlerverein”, waarvan Johannes Brahms erevoorzitter en jurylid was. Brahms beval het stuk aan bij zijn eigen uitgever, Simrock, die het het jaar daarop samen met drie andere werken van Rabl uitbracht: de Fantasiestukken voor Pianotrio, op. 2, en twee bundels van Vier Liederen, op. 3 en op. 4. Het kwartet lijkt het eerste werk ooit gecomponeerd voor de combinatie van piano, viool en cello met een klarinet Voor diezelfde combinatie componeerde Olivier Messiaen in 1941, zijn “Quatuor pour la fin du temps”. De uitvoerders zijn Daniel Ottensamer, klarinet, Christoph Traxler, piano, Noah Bendix-Balgley, viool en Stephan Koncz, cello.
Daniel Ottensamer (foto), de broer van Andreas, die ook klarinettist is, begon in 1992 met piano maar stapte na twee jaar over op cello. Daarna begon hij met klarinet bij Anton Hafenscher aan de Franz Schmidt-Musikschule in Perchtoldsdorf en bij Johann Hindler, klarinettist van de Wiener Philharmoniker, aan de Universiteit voor Muziek en Uitvoerende Kunsten in Wenen. In 2005, vormde hij met zijn vader Ernst, jawel, ook een klarinettist, en zijn jongere broer Andreas het klarinettrio “The Clarinotts”. Daniel Ottensamer speelt in het prestigieus ensemble “Philharmonix” en in 2009, werd hij benoemd tot eerste klarinettist van de Wiener Philharmoniker en het Orkest van de Wiener Staatsoper.
De cellist, Stephan Koncz (foto), geboren in 1984 in Wenen, in een Oostenrijks-Hongaarse familie van musici, begon op 8-jarige leeftijd te studeren aan de Musikhochschule in Wenen bij Valentin Erben, één van de oprichters en cellist van het Alban Berg Quartett. In 2000 zette Stephan Koncz zijn studie voort bij de solocellist van de Wiener Philharmoniker, Róbert Nagy, en studeerde hij directie en compositie. Als kamermusicus werkte hij samen met Julian Rachlin, Gábor Takács-Nagy, Dmitry Sitkovetsky en “De 12 cellisten van de Berliner Philharmoniker” en volgde hij masterclasses bij Steven Isserlis, Daniel Barenboim en Heinrich Schiff. Na twee jaar cellist te zijn geweest bij de Wiener Staatsoper/Wiener Philharmoniker, werd hij in 2010, cellist van de Berliner Philharmoniker.
Brahms/Koncz Sonatas for Clarinet and Orchestra Daniel Ottensamer Deutsches Symphonie-Orchester Berlin Stephan Koncz cd Pentatone PTC 5187 425