“Leif Segerstam, Sibelius Recordings”, 15 cd’s op het label Ondine. Grandioos!

Deze indrukwekkende 15 cd box is een eerbetoon aan Leif Segerstam (1944-2024), eén van de grootste Sibelius-dirigenten aller tijden. Segerstam heeft op talloze manieren een blijvende indruk achtergelaten in de muziekgeschiedenis. Zijn Sibelius-opnamen voor Ondine werden opgenomen tijdens zijn meer dan tien jaar durend dienstverband als chef-dirigent van het Helsinki Philharmonic Orchestra en vormen een integraal onderdeel van zijn meer dan 30 albums voor Ondine tussen 1994 en 2015.

Janne (later Jean) Sibelius (1865-1957) foto) werd ontzettend beïnvloed en zelfs grotendeels gevormd door de heel intellectuele en artistieke familie waarmee hij door zijn huwelijk in contact kwam. Op 10 juni 1892 huwde hij nl. met Aino Järnefelt (1871-1969) uit Helsinki, de dochter van generaal Alexander Järnefelt en zijn vrouw Elisabeth Clodt von Jürgensburg. Haar broers waren de schrijver Arvid Järnefelt, de schilder Eero Järnefelt en de componist en dirigent, Armas Järnefelt. Hun huis, naar haar, “Ainola” (foto’s) genaamd, werd in 1903 gebouwd aan het Tuusula meer in Järvenpää. Ze kregen zes dochters, Eva, Ruth, Kirsti (die op zeer jonge leeftijd aan tyfus overleed), Katarina, Margareta en Heidi.

Eva trouwde met de industrieel Arvi Paloheimo en werd later zelf CEO van de Paloheimo Corporation. Ruth Snellman werd een prominente actrice, Katarina werd de vrouw van een bankier, en Heidi Blomstedt een ontwerpster, haar man Aulis Blomstedt was architect. Margareta trouwde met de dirigent Jussi Jalas. In Ainola, het huis waarin Jean Sibelius woonde tot aan zijn overlijden in 1957, componeerde hij meer dan 300 werken. Het huis is nu een museum. Eén van de meest gekoesterde objecten is de Steinway piano die Sibelius in 1915 cadeau kreeg voor zijn vijftigste verjaardag.

Sibelius componeerde tussen 1899 en 1924, zeven symfonieën. Een 8ste Symfonie liet hij in 1929 onvoltooid. Elk van de symfonieën is op zichzelf al een wonder van natuurpoëzie, maar samen, geven ze pas hun grootsheid en hun diepste geheimen prijs, Jean Sibelius was reeds 34 jaar oud, toen hij in 1899 pas zijn eerste symfonie componeerde. In 1892 had hij weliswaar “Kullervo”, een symfonie voor sopraan, bariton, mannenkoor en orkest, gecomponeerd. In 1901-1902 volgde zijn Symfonie nr. 2 in D-majeur, op. 43, in 1907 gevolgd door zijn Symfonie nr. 3 in C-majeur, op. 52. Na de 4de (1911), volgden de 5de, 6de en 7de Symfonie, respectievelijk in 1915, (herzien in 1916 en 1919), 1923, en 1924.

Naast indrukwekkende symfonieën en symfonische gedichten, componeerde Jean Sibelius een aanzienlijke hoeveelheid theatermuziek. Deze muziek is helaas nog steeds grotendeels onbekend. Nochtans was het met “Koning Christian II” (1898) en “Kuolema” (1903), dat Sibelius zijn naam en faam vestigde in heel Europa. Van zijn mooiste muziek voor het podium, is trouwens te vinden in zijn “Belsazars gästabud” (1906). “The Tempest”, een van Shakespeare’s ‘late romances’, werd voor de eerste keer opgevoerd in 1611 en gepubliceerd in 1623. Daarin kreeg het als openingsstuk een ereplaats, wellicht doordat het de recentste komedie was en omdat het bij trouwfeesten zo populair was, sinds het ter gelegenheid van prinses Elizabeths huwelijk in 1612, was opgevoerd.

In “The Tempest” komen veel onderwerpen aan de orde die Shakespeare al in eerdere toneelstukken had behandeld, zoals de pogingen om een koning af te zetten en de legitimering daarvan (“Macbeth”, “Richard II” en “Julius Caesar”), nature versus nurture (aanleg tegenover kenmerken en eigenschappen van het individu, bepaald door opvoeding en leefomgeving) (“The Winter’s Tale” en “King Lear”) en de onschuld (“Twelfth Night”). Omdat het een romance was, was de thematiek duisterder dan die van een typische komedie en werden er ook meer filosofische kwesties in besproken, maar het was geen typische tragedie, omdat het stuk eindigde met een happy end.

Symfonisch in omvang en ambitie, was de hier opgenomen toneelmuziek bij Shakespeare’s toneelstuk “The Tempest” een van de laatste orkestwerken die Sibelius componeerde voor hij de mysterieuze ‘stilte van Järvenpää’ betrad tot aan zijn overlijden. In opdracht van de vooraanstaande Deense theatermaker Johannes Poulsen, deed Sibelius in 1925, vanwege de brede expressieve eisen van het stuk, een beroep op zijn legendarische, grote muzikale krachten. Van het angstaanjagend toonbeeld van het eerste scheepswrak via etherische liederen, onstuimige karakterportretten en opmerkelijke evocaties van de natuur, zette Sibelius ten volle de thema’s van Shakespeare’s magische wereld om in zijn eigen unieke klank. Omdat Sibelius nauwe banden had met het rijk, Deens muziekleven, is het passend dat deze opname zo’n typisch Scandinavisch tintje heeft.

Leif Segerstam (1944-2024) werd geboren in een muzikaal Zweedstalig gezin. Na de verhuis in 1947 naar Helsinki speelde Leif tijdens zijn schooltijd viool en altviool bij het Helsinki Jeugdorkest. Segerstam studeerde aan de Sibelius Academie in Helsinki, piano bij Jaakko Somero, viool bij Leena Siukonen-Penttilä, compositie bij Einar Englund en Joonas Kokkonen en directie bij Jussi Jalas. Hij behaalde diploma’s in viool en directie in 1963. Hij studeerde verder aan de Juilliard School in New York, viool bij Louis Persinger, compositie bij Hall Overton en Vincent Persichetti, en directie bij Jean Morel en behaalde zijn postdoctorale diploma in 1965. Segerstams debuutconcert als violist was in 1962 en zijn debuut als dirigent was in 1963, met Rossini’s “De Barbier van Sevilla” in Tampere. Hierna werd Segerstam uitgenodigd om de Finse Nationale Opera te dirigeren en een jaar later dirigeerde hij het Fins Radio Symfonie Orkest.

Segerstam nam in 1968 als tweede dirigent deel aan een tournee van het Helsinki Philharmonic Orchestra naar de Verenigde Staten. Van 1970 tot 1972 was hij chef-dirigent en muziekdirecteur van de Koninklijke Zweedse Opera en in 1973 en 1974 muziekdirecteur van de Finse Nationale Opera. Begin jaren zeventig begon hij te werken bij de Deutsche Oper Berlin. Hij dirigeerde als gast bij de Metropolitan Opera in New York, La Scala in Milaan en het Royal Opera House in Londen, met een repertoire waaronder Verdi’s Aida en Don Carlo, R. Strauss’ Salome en Elektra en Wagners Tannhäuser en Der fliegende Holländer. Segerstam was van 1995 tot 2007 chef-dirigent van het Filharmonisch Orkest van Helsinki en droeg de titel van emeritus-chef-dirigent bij het orkest. Tegelijkertijd was hij tot 2000 opnieuw chef-dirigent van de Koninklijke Zweedse Opera en van het Savonlinna Opera Festival in Finland en was hij professor orkestdirectie aan de Sibelius Academie in Helsinki. Als componist stond en bleef Segerstam vooral bekend om zijn vele symfonieën, waarvan het totaal in maart 2024, 371 bedroeg!

Deze opnames met het Helsinki Philharmonic Orchestra vormen een gelukkige combinatie van de traditie van het orkest om Sibelius uit te voeren, die teruggaat tot de samenwerking met de componist zelf, met Segerstams ervaring, gevoelige oor en creatieve energie. Hier stonden de sterren op een werkelijk opmerkelijke manier gunstig. Naast Sibelius’ complete symfonieën en belangrijkste orkestwerken bevat de box ook muziek van andere Finse componisten die actief waren tijdens Sibelius’ leven, evenals klassiekers uit de Scandinavische orkestmuziek, alles meesterlijk geïnterpreteerd door Leif Segerstam.

De andere componisten zijn Toivo Kuula (1883-1918), Erkki Melartin (1875-1937), Uuno Klami (1900-1961), Selim Palmgren (1878-1951), Leevi Madetoja (1887-1947), Robert Kajanus (1856-1933), Oskar Merikanto (1868-1924), Armas Järnefelt (1869-1958), Taneli Kuusisto (1905-1988), Aarre Merikanto (1893-1958), Christian Sinding (1856-1941) en Ole Bull (1810-1880). De uitvoerders zijn Soile Isokoski, sopraan, Pekka Kuusisto, viool, Tommi Hakala, Jorma Hynninen en Jaakko Kortekangas, bariton, John Storgards, viool, The Polytech Choir en YL Male Voice Choir, het Helsinki Philharmonic Orchestra en het Tampere Philharmonic Orchestra, en het Turku Philharmonic Orchestra.

Inhoud:

CD 1-4 Jean Sibelius: Symfonieën nrs. 1-7, Pohjola’s Daughter, Finlandia (The Polytech Choir)

CD 5 Jean Sibelius: Kullervo (Soile Isokoski, Tommi Hakala, YL Male Voice Choir)

CD 6 Jean Sibelius: Lemminkäinen Legends, Tapiola

CD 7 Jean Sibelius: Vioolconcert, Belshazzar’s Feast (Pekka Kuusisto)

CD 8 Jean Sibelius: The Tempest Suites, The Oceanides, Nightride en Sunrise

CD 9 Jean Sibelius: Orkestliederen (Jorma Hynninen, Tampere Philharmonic Orchestra)

CD 10 Jean Sibelius: Orkestliederen, waaronder Luonnotar (Soile Isokoski)

CD 11 Jean Sibelius: Cantates, Andante festivo, Finlandia (Soile Isokoski, Jaakko) Kortekangas, Fins filharmonisch koor )

CD 12 ‘Bonus’ Toivo Kuula: South Ostrobothnian Suites & orkestwerken  (Turku Philharmonic Orchestra )

CD 13 ‘Bonus’ Erkki Melartin: Vioolconcert, The Sleeping Beauty, Lyric Suite No. 3 (John Storgårds)

CD 14 ‘Bonus’ Foto’s uit Finland: Sibelius: Valse triste, Spring Song & orkestwerken van Finse componisten

CD 15 ‘Bonus’ Scandinavisch Rapsodie: Orkestfavorieten van Sibelius en Scandinavische componisten

Leif Segerstam Sibelius Recordings Helsinki Philharmonic Orchestra 15 cd Ondine ODE 1500-2Q