Dorine Vergote, “Het raadsel van het geluk, Filosoferen met Marcel Proust”, een uitgave van letterwerk.

In de Questa-reeks van uitgeverij letterwerk, verscheen een fijn boekje over het schrijversgeluk. Wat beweegt schrijvers ertoe de dag op te offeren voor de nacht om een meesterwerk te voltooien? Ook al gaat dat ten koste van het eigen leven?Er is een waarheid die enkel de literatuur kan scheppen. “Het raadsel van het geluk” is een soort handleiding bij het analytisch lezen van Marcel Proust. Het wil het geluksgevoel dat met schrijven én lezen samengaat, ontraadselen. Wie schrijft, doet dat om gelezen te worden. “Het raadsel van het geluk” gaat over dat lezersgeluk. In zijn onsterfelijk meesterwerk verkende Marcel Proust dat apart geluk dat ons als lezer kan overvallen. Denken is bij Proust een scheppend denken en daar nemen wij als lezer aan deel.

In zijn essay, “Proust et les signes” (1964/1970), schreef Gilles Deleuze, dat het woord “teken”, een van de meest voorkomende woorden is in de Recherche. De zoektocht wordt gepresenteerd als de verkenning van de verschillende werelden van tekens, die in cirkels zijn georganiseerd en elkaar op bepaalde punten kruisen. Want de tekens zijn specifiek en vormen de zaak van deze of gene wereld. Bovendien zijn de werelden in een gemeenschappelijk domein verdeeld, de tekens van de Verdurins zijn niet gangbaar bij de Guermantes, omgekeerd gaan de stijl van Swann of de hiërogliefen van Charlus niet over op de Verdurins.

De eenheid van alle werelden is dat ze systemen vormen van tekens die worden uitgezonden door mensen, objecten, materialen. We ontdekken geen waarheid, we leren niets, behalve door te ontcijferen en te interpreteren. Prousts werk is geen oefening in geheugen, maar een zoektocht naar waarheid die wordt geconstrueerd door het leren van tekens. “Denken is altijd interpreteren”, schreef Deleuze, “dat wil zeggen een teken uitleggen, ontwikkelen, vertalen. Vertalen, ontcijferen, ontwikkelen zijn de vorm van pure creatie. Er zijn geen explicietere betekenissen dan heldere ideeën. Er zijn alleen zintuigen betrokken bij tekens. En als de gedachte de macht heeft om het teken te verklaren, om het in een idee te ontwikkelen, is dat omdat het idee al aanwezig is in het teken”.

“De tekensystemen die specifiek zijn voor de werelden die Proust onderzoekt”, zo schrijft Dorine Vergote in navolging van Deleuze, “organiseren zich in 4 kringen die elkaar op sommige punten snijden, de wereld van het mondaine leven, de kring van de liefde, deze van impressies of zintuiglijke sensaties, en die van de kunst.” Wat haar fascineert, is niet een gerichte zoektocht naar een (abstracte) waarheid, maar wel hoe Proust je anders leert ‘denken over denken’. Dat is de filosofische draagwijdte van Prousts meesterwerk. Prousts zoektocht vergt tijd en daarom ook is zijn ‘Op zoek naar de verloren tijd’ zo interessant voor filosofen. De ‘waarheid’ is niet de verborgen schat die we vinden door te zoeken waar we moeten, maar een creatie. Ze heeft tijd nodig, de tijd die het kost om de tekens te lezen.Dorine Vergote is germaniste en filosofe. Zij is tekstschrijver voor artistieke projecten en maakte een doctoraat over de Franse filosoof Gilles Deleuze. “Het raadsel van het geluk” is haar boekdebuut.

Dorine Vergote  Het raadsel van het geluk Filosoferen met Marcel Proust 72 bladz. uitg. letterwerk ISBN 9789464075267

https://www.stretto.be/2021/11/26/gilles-deleuze-felix-guattari-anti-oedipus-kapitalisme-en-schizofrenie-nu-in-een-geheel-herziene-vertaling-en-met-een-woord-vooraf-door-michel-foucault-uitgegeven-door-ten-have/

https://www.stretto.be/2021/03/18/music-from-prousts-salons-door-steven-isserlis-cello-en-connie-shih-piano-op-het-label-bis-en-proust-le-concert-retrouve-door-tanguy-de-williencourt/