Luit van der Tuuk, “Middeleeuwse geschiedenis van de Lage Landen, De Saksen”, een uitgave van Omniboek.

In ‘De Saksen’ gaat Luit van der Tuuk op zoek naar de Saksische collectieve identiteit. De term ‘de Saksen’ wordt door de geschiedenis heen vrijelijk gebruikt, maar wat – of beter gezegd: wie – we daartoe rekenen verschilt al sinds de oudheid. Niets blijkt zo kneedbaar als deze term in vroegmiddeleeuwse geschriften, die vaak gekleurd zijn door een politieke agenda. Wie waren deze Saksen? Hoe leefden ze? En wat maakte hen zo interessant voor grootheden als Karel de Grote?

Van de drie bekendste middeleeuwse bevolkingsgroepen uit het Nederlands taalgebied – de Franken, de Friezen en de Saksen – is er geen zo enigmatisch als de Saksen. Van der Tuuk legt in 9 hoofdstukken feit en fabel naast elkaar en ontrafelt zo de geschiedenis van een veelzijdig volk. Luit van der Tuuk vertelt over de Saksen in de klassieke oudheid en in Groot-Brittannië, de Saksische samenleving en de Frankisch-Saksische oorlogen, de Irminsul, Westfalen, Engern en Oostfalen, hun bestuurlijke indeling en wetgeving, de afgodencultus en de Saksisch-Friese revolte, Widukind  Anskar en Rimbert, de opstand van de Stellinga, en hun ontwikkeling van groepsidentiteit tot collectief bewustzijn.

Met Saksen worden bevolkingsstammen aangeduid die zich tijdens de late Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen op een gebied bevonden dat aan de Noordzee en Oostzee lag, in het noorden van wat nu Nederland en Duitsland is, tot aan het Duitse middelgebergte. Een groep trok ook naar het huidige Groot-Brittannië. Het merendeel van de Saksen bleef in het oorspronkelijke woongebied en bood weerstand tegen het zich uitbreidende Frankische Rijk, onder het leiderschap van de semi-legendarische Saksische held Widukind. Het vroegste woongebied van de Saksen was waarschijnlijk Noordalbingië. Een deel van het woongebied van de Saksen wordt meestal ook gezien als het leefgebied van de Angelen.

Noordalbingië was een van de vier bestuurlijke deelgebieden, behorende tot het vroegmiddeleeuwse Stamhertogdom Saksen, de andere gebieden waren Angrivaria, Oostfalen en Westfalen. De ligging valt ongeveer samen met het huidige Holstein, inclusief Hamburg, in Duitsland. Het begrip Albingië is een verbastering van het woord Elbe naar het volkslatijn, Albis. De samengestelde naam Noordalbingië betekent “gebied ten noorden van (rivier) de Elbe.

Widukind (743-807) was de leider van het Saksische volk en tegenstander van de Frankische koning Karel de Grote ten tijde van de Saksenoorlogen (772-804). Uiteindelijk won Karel de Grote, voegde het stamhertogdom Saksen toe aan het Frankische Rijk en dwong de bevolking met grof geweld zich te bekeren tot de leer van de Rooms-Katholieke kerk. Hij is de eerste bij naam bekende hertog van het hertogdom Saksen. In latere tijden werd Widukind het symbool van de Saksische onafhankelijkheid en een legendarisch figuur.

“Traditioneel”, zo schrijft Luit van der Tuuk, “werd Nederland verdeeld in een Frankisch, een Fries en een Saksisch gebied, waar in de vroege middeleeuwen drie volken met elk een eigen sociaal-culturele identiteit leefden. Deze classificatie ziet er weliswaar overzichtelijk uit, maar is grotendeels achterhaald. Dat geldt zeker ook voor de vroegmiddeleeuwse Saksen, het onderwerp van dit boek”.

“De bewoners van de Noord-Duitse Laagvlakte”, zo lezen we nog, “waren echter niet de enigen die in vroege historische bronnen Saksen genoemd worden. We komen in verschillende perioden op meerdere plaatsen in West-Europa bevolkingsgroepen tegen die als zodanig bestempeld werden. Niets blijkt zo kneedbaar als het begrip ‘Saksen’ dat we in vroegmiddeleeuwse geschriften tegenkomen. In dit boek probeer ik deze schier onontwarbare knoop te ontrafelen, voordat ik me concentreer op de bevolking van het Noord-Duitse gebied en de aangrenzende streken in Oost-Nederland. Welbeschouwd werden de vroegmiddeleeuwse Saksen door buitenstaanders ‘uitgevonden’. Hun vroege geschiedenis werd pas achteraf gefabriceerd en eigenlijk is het onmogelijk een boek te schrijven over een niet-bestaand volk. Dat ik dat toch heb kunnen doen, komt omdat ik stilzwijgend hun vroege bestaan als een onbestemde eenheid heb aangenomen, zelfs als gaandeweg blijkt dat dit niet het geval was. Ik blijf dus het begrip ‘Saksen’ gebruiken in plaats van voortdurend een hinderlijk lange beschrijving te geven van de bevolking van een specifiek gebied met een onbekende of hoogstens vaag te identificeren afkomst. En dat geldt zelfs voor de titel van dit boek”.

Luit van der Tuuk (1954) is zelfstandig onderzoeker, publicist en conservator van Museum Dorestad. Hij is gespecialiseerd in de vroegmiddeleeuwse geschiedenis van Noordwest-Europa. Eerder verschenen van hem onder andere De Friezen en De Franken. Met zijn boek De eerste Gouden Eeuw won hij de W.A. van Es-prijs. Daarnaast onderhoudt hij een website met datzelfde onderwerp: https://www.gjallar.nl/

Luit van der Tuuk De Saksen Reeks Middeleeuwse geschiedenis van de Lage Landen 317 bladz. geïllustreerd uitg. Omniboek ISBN 9789401919661

https://www.stretto.be/2023/07/26/luit-van-der-tuuk-de-eerste-gouden-eeuw-middeleeuwse-geschiedenis-van-de-lage-landen-een-uitgave-van-omniboek/